In deze zaak heeft de kinderrechter op 23 november 2023 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarigen [minderjarige 1] en [minderjarige 2]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat het ouderlijk gezag over de kinderen wordt uitgeoefend door de moeder, die samen met de vader betrokken is bij de procedure. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing verlengd tot 8 september 2024, omdat er nog steeds sprake is van een ernstige ontwikkelingsbedreiging voor de kinderen. De kinderrechter heeft ook geweigerd om een psychologisch rapport van de moeder aan de GI en de vader te verstrekken, omdat dit in strijd zou zijn met de persoonlijke levenssfeer van de moeder. De kinderrechter heeft benadrukt dat er meer samenwerking en communicatie tussen de ouders en de GI moet plaatsvinden om de situatie van de kinderen te verbeteren. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, zodat de maatregelen onmiddellijk kunnen worden uitgevoerd, ook in het geval van hoger beroep.