ECLI:NL:RBZWB:2023:8703
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Tussentijdse beoordeling van de ISD-maatregel en verzoek tot beëindiging
Op 13 december 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Breda, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de tussentijdse beoordeling van de ISD-maatregel opgelegd aan een veroordeelde. De veroordeelde, geboren in 1985 en gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting te Vught, had een verzoek ingediend tot beëindiging van de ISD-maatregel. De rechtbank heeft het verzoek afgewezen, omdat de intramurale behandeling tot nu toe weinig effect heeft gehad op het recidiverisico. De rechtbank heeft vastgesteld dat het nog lange tijd kan duren voordat er een beslissing wordt genomen in de procedure tot ongewenstverklaring van de veroordeelde, en dat dit geen zelfstandige grond vormt om de ISD-maatregel te beëindigen. De rechtbank heeft de Penitentiaire Inrichting Vught wel nadrukkelijk in overweging gegeven om te starten met het extramurale traject, ondanks de lange duur van de procedure tot ongewenstverklaring.
De rechtbank heeft de officier van justitie en de raadsvrouw van de veroordeelde gehoord. De officier van justitie was van mening dat het verzoek te vroeg was, gezien het nog aanwezige recidiverisico. De raadsvrouw heeft betoogd dat de procedure tot ongewenstverklaring nog jaren kan duren. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er op dit moment geen omstandigheden zijn die het voortijdig beëindigen van de ISD-maatregel rechtvaardigen. De beslissing om de ISD-maatregel voort te zetten is genomen met inachtneming van het advies van de deskundige en de huidige situatie van de veroordeelde.