ECLI:NL:RBZWB:2023:8962

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
6 december 2023
Publicatiedatum
20 december 2023
Zaaknummer
23-016728
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslissing over klaagschrift tot teruggave van in beslag genomen telefoon

Op 6 december 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant in Breda uitspraak gedaan in een zaak betreffende een klaagschrift op grond van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering. De klager, geboren in 1987 en gedetineerd in de PI Middelburg, had een klaagschrift ingediend met het verzoek om teruggave van een in beslag genomen telefoon, die essentieel was voor zijn bedrijfsvoering. De telefoon bevatte belangrijke contactgegevens van zijn klanten en klager stelde ontlastend bewijs te hebben in een lopende strafzaak.

De procedure begon met de behandeling van het klaagschrift op 22 november 2023, waarbij de officier van justitie, mr. M.E.W.G. Stals, en de gemachtigd raadsman van klager, mr. A.M.J. Joris, aanwezig waren. Klager zelf was niet verschenen. De raadsman gaf aan dat hij een beslissing van het Openbaar Ministerie had ontvangen, waarin werd aangegeven dat er geen strafrechtelijk belang meer bestond voor het voortduren van het beslag. De officier van justitie steunde het verzoek van de klager en stelde dat de telefoon nog niet aan klager was teruggegeven.

De rechtbank oordeelde dat het klaagschrift tijdig was ingediend en dat klager ontvankelijk was. Gezien het standpunt van het Openbaar Ministerie dat er geen strafvorderlijk belang meer was, besloot de rechtbank het klaagschrift gegrond te verklaren en gelastte de teruggave van de telefoon aan klager. Deze beslissing werd genomen door rechter mr. J.C.A.M. Los, in aanwezigheid van griffier K. Verdult, en werd uitgesproken tijdens een openbare zitting op dezelfde dag.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Strafrecht
Zittingsplaats Breda
parketnummer : 02-143813-23
raadkamernummer : 23-016728
beslissing van de enkelvoudige raadkamer op het beklag op grond van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van:
[klager] ,geboren op [geboortedag] 1987 te [geboorteplaats] ,
gedetineerd in de PI Middelburg,
woonplaats kiezende ten kantore van mr. A.M.J. Joris, advocaat te Roosendaal, op het adres Molenstraat 10, 4701 JS,
hierna te noemen: de klager.

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende stukken:
  • de kennisgeving van inbeslagname op grond van artikel 94 van het Wetboek van Strafvordering (hierna te noemen: Sv), waaruit blijkt dat op 12 juni 2023 onder klager in beslag is genomen: communicatieapparaat telefoon Oppo Cph1941 (hierna: de telefoon).
  • het klaagschrift ingevolge artikel 552a Sv, ingediend op 28 juni 2023 ter griffie van deze rechtbank;
  • het verweerschrift van de officier van justitie;
  • de overige stukken uit het bijbehorende raadkamerdossier met voornoemd raadkamernummer.
Het klaagschrift is behandeld in raadkamer op 22 november 2023. Gehoord zijn de officier van justitie mr. M.E.W.G. Stals en mr. A.M.J. Joris als gemachtigd raadsman van klager.
Klager is behoorlijk opgeroepen, maar niet bij de behandeling van het klaagschrift verschenen.
Het klaagschrift strekt tot opheffing van het gelegde beslag met last tot teruggave aan de klager. Daartoe is aangevoerd dat klager de eigenaar is van de in beslag genomen telefoon. Klager heeft een zwaarwegend belang bij teruggave van de telefoon, omdat hij de telefoon nodig heeft voor zijn bedrijfsvoering. In de telefoon staan alle contactgegevens van zijn klanten. Klager stelt ontlastend bewijs te hebben in de strafzaak.
In raadkamer heeft de raadsman aangegeven dat hij de beslissing van het Openbaar Ministerie van 31 oktober 2023 tot teruggave van de in beslag genomen telefoon aan klager heeft ontvangen. De raadsman was naar aanleiding van dit bericht ook voornemens het klaagschrift in te trekken, maar heeft geen contact met klager kunnen krijgen om na te gaan of hij de telefoon ook al retour heeft ontvangen.
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het klaagschrift gegrond moet worden verklaard nu er - gezien de beslissing van 31 oktober jl. - geen strafrechtelijk belang meer bestaat voor het voortduren van het beslag. Volgens de laatste informatie van de politie is de telefoon nog niet feitelijk aan klager teruggegeven.

2.De beoordeling

De raadkamer van de rechtbank is bevoegd tot afdoening van het klaagschrift.
Het klaagschrift is tijdig ingediend en klager is ontvankelijk in het klaagschrift.
In het systeem van de wet ligt besloten dat, indien het Openbaar Ministerie bij de behandeling van een beklag als bedoeld in artikel 552a Sv te kennen geeft van oordeel te zijn dat het belang van strafvordering zich niet meer tegen de gevraagde teruggave verzet, de rechter, zonder zelf in een beoordeling van dit laatste punt te treden, op het klaagschrift dient te beslissen.
Nu er geen strafvorderlijk belang bestaat bij het voortduren van het beslag en de rechtbank niet is gebleken dat een ander dan klager redelijkerwijs als rechthebbende ten aanzien van de telefoon is aan te merken, zal de rechtbank het klaagschrift gericht tegen het op grond van artikel 94 Sv gelegde beslag gegrond verklaren en de teruggave van de telefoon aan klager gelasten.

3.De beslissing

De rechtbank:
- verklaart het klaagschrift gegrond en gelast de teruggave van de telefoon aan klager.
Deze beslissing is op 6 december 2023 genomen door mr. J.C.A.M. Los, rechter, in tegenwoordigheid van K. Verdult, griffier, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 6 december 2023.
INFORMATIE RECHTSMIDDEL
Tegen deze beslissing kan door het Openbaar Ministerie binnen veertien dagen na dagtekening van deze beslissing en door de klager binnen veertien dagen na de betekening van deze beslissing
beroep in cassatieworden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden te 's-Gravenhage (artikel 552d lid 2 Wetboek van Strafvordering).