Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
- cliënt, bijgestaan door haar advocaat;
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 27 november 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende een verzoek van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) voor een rechterlijke machtiging tot opname en verblijf van een cliënt, geboren in 1936. Het verzoek is ingediend naar aanleiding van de noodzaak om de cliënt, die lijdt aan een gevorderde vorm van dementie, op te nemen in een kleinschalige psychogeriatrische afdeling voor een periode van zes maanden. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling op dezelfde datum gehouden, waarbij de cliënt, haar advocaat, een specialist ouderengeneeskunde, een verpleegkundige en de dochter van de cliënt aanwezig waren.
Tijdens de behandeling werd duidelijk dat de cliënt in toenemende mate behoefte heeft aan zorg en dat er sprake is van ernstig nadeel, waaronder lichamelijk letsel en verwaarlozing. De specialist ouderengeneeskunde en de verpleegkundige bevestigden dat de cliënt regelmatig momenten van onrust en dwaalgedrag vertoont, wat de noodzaak voor opname onderstreept. De dochter van de cliënt herkende het geschetste beeld en bevestigde dat de cliënt rustiger is geworden sinds haar opname, maar ook dat er sprake is van achteruitgang.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen minder ingrijpende mogelijkheden zijn om het ernstig nadeel te voorkomen en dat de opname noodzakelijk is. De rechterlijke machtiging is verleend voor de duur van zes maanden, tot en met 27 mei 2024. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open. De beschikking is mondeling gegeven door mr. Broeders en schriftelijk uitgewerkt op 12 december 2023.