Uitspraak
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De verzoeken
voorwaardelijk, haar te belasten met het eenhoofdig ouderlijk gezag over [minderjarige] ;
voorwaardelijk, voor het geval de rechtbank zou menen dat de man een bijdrage moet voldoen in de kosten van opvang van [minderjarige] zoals door de vrouw is verzocht, te bepalen dat deze door de man te betalen bijdrage mag worden verrekend met het bedrag van € 6.158,00, welk bedrag de vrouw aan de man is verschuldigd;
4.De beoordeling
op dinsdag 16 april 2024 pro forma, of zoveel eerder als mogelijk is, bij de rechtbank in te dienen.
5.De beslissing
voorlopigals volgt;
voorlopig,in ieder geval tot mevrouw [naam] of enige andere hulpverlener/zorgaanbieder de genoemde ondersteuning kan bieden, gerechtigd zijn tot het hebben van contact met elkaar gedurende twee uur per week op (het terrein of in het gebouw van) het [kinderdagverblijf] te [plaats] , met in achtneming van hetgeen is overwogen onder 4.15 en 4.16;
dinsdag 16 april 2024 pro forma, of zoveel eerder als mogelijk is, de UHA-rapportage over het verloop en de resultaten van het (jeugd)-hulpverleningstraject bij de griffie van de rechtbank in te dienen;
16 april 2024 pro forma, in afwachting van de resultaten van het (jeugd)hulpverleningstraject;
tot 22 augustus 2023voor de afgifte van de nadere beschikking daaromtrent.
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.