Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
ex artikel 530 Svten laste van de Staat voor een bedrag van:
- € 1.816,16, voor vergoeding van kosten rechtsbijstand;
- € 340,00 als forfaitaire vergoeding voor de kosten met betrekking tot het opstellen en indienen van het verzoekschrift dan wel € 680,00 bij behandeling van het verzoekschrift in raadkamer;
- de kennisgeving sepot van 1 november 2022;
- de schriftelijke reactie van de officier van justitie.
2.De beoordeling
€ 1.816,16is dan ook in voldoende mate onderbouwd en komt de rechtbank billijk voor. De rechtbank zal dit bedrag toewijzen.
€ 680,00toegekend.
3.De beslissing
€ 2.496,16zal worden overgemaakt op [rekeningnummer] ten name van Stichting derdengelden, onder vermelding van “ [verzoekster] /schadevergoeding”.