Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[betrokkene]
Verloop van de procedure
Standpunten
Overwegingen
€ 418,50
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 21 november 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. Betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen voor het handelen in strijd met een geslotenverklaring op de Vlashoflaan te Tilburg op 25 februari 2022. Betrokkene heeft tegen de opgelegde boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is eerder behandeld op 13 juli 2023, waarbij de kantonrechter de zaak aanhield om de officier van justitie de gelegenheid te geven een aanvullend proces-verbaal over te leggen. Tijdens de zitting op 21 november 2023 was de gemachtigde van betrokkene niet aanwezig, maar de officier van justitie werd vertegenwoordigd door mr. A. de Vreeze. De kantonrechter heeft de zaak beoordeeld op basis van de ingediende stukken en de argumenten van de zittingsvertegenwoordiger.
De kantonrechter oordeelde dat de officier van justitie niet had aangetoond dat er een reële mogelijkheid tot staandehouding van de bestuurder bestond. Hierdoor was er onvoldoende bewijs dat de verweten gedraging had plaatsgevonden. De kantonrechter verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de beslissing van de officier van justitie en de opgelegde boete, en droeg de officier van justitie op het betaalde bedrag van € 109,- aan betrokkene terug te betalen. Tevens werd een proceskostenvergoeding van € 717,- toegekend aan betrokkene.