ECLI:NL:RBZWB:2023:9519

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
11 december 2023
Publicatiedatum
1 februari 2024
Zaaknummer
10567270 \ MB VERZ 23-212
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen verkeersboete wegens het vasthouden van een mobiel elektronisch apparaat tijdens het rijden

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 11 december 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. De betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen voor het vasthouden van een mobiel elektronisch apparaat tijdens het rijden op de Rijksweg A17 te Oud Gastel op 3 april 2022. Betrokkene heeft tegen de opgelegde boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierna heeft betrokkene het beroep opnieuw ingesteld bij de kantonrechter.

Tijdens de zitting op 11 december 2023 heeft de kantonrechter de zaak behandeld. Betrokkene heeft aangevoerd dat hij de gedraging niet heeft verricht en dat zijn vriendin op dat moment foto’s op haar telefoon liet zien. De zittingsvertegenwoordiger, mr. A. de Vreeze, heeft de verklaring van de verbalisanten benadrukt, die hebben aangegeven de gedraging te hebben waargenomen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de verklaring van de verbalisanten voldoende grondslag biedt voor de vaststelling van de gedraging, en dat er geen specifieke feiten of omstandigheden zijn aangevoerd die aanleiding geven om aan de juistheid van deze verklaring te twijfelen.

De kantonrechter heeft geconcludeerd dat de boete terecht is opgelegd en heeft het beroep ongegrond verklaard. De uitspraak is openbaar gedaan en betrokkene is geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De beslissing van de kantonrechter is daarmee definitief, tenzij er binnen de gestelde termijn hoger beroep wordt ingesteld.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team strafrecht
Zittingsplaats Bergen op Zoom
zaaknummer : 10567270 \ MB VERZ 23-212
CJIB-nummer : 0062 5422 4850 3352
uitspraakdatum : 11 december 2023
proces-verbaal van de zitting en uitspraak op een beroep op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv)
in de zaak van
naam :
[betrokkene]
adres : [adres]
woonplaats : [postcode] [plaats]
hierna: betrokkene

Verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 11 december 2023. Namens de officier van justitie is verschenen mr. A. de Vreeze (hierna: zittingsvertegenwoordiger). Betrokkene is ook verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Standpunten

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd luidt, kort omschreven: als bestuurder tijdens het rijden een mobiel elektronisch apparaat vasthouden op de Rijksweg A17 te Oud Gastel op 3 april 2022 om 19:35 uur.
Betrokkene heeft in het beroepschrift samengevat aangevoerd dat de gedraging niet is verricht. Betrokkene reed samen met zijn vriendin en twee vrienden naar Roosendaal. Op de terugweg omstreeks 19:30 uur werd betrokkene ingehaald door een politiebus. Betrokkene’s vriendin liet op haar telefoon foto’s zien van hun zoon en zij had haar arm op de armsteun gelegd. Op dat moment werden ze ingehaald en dacht de verbalisant te zien dat betrokkene een telefoon vasthield. Betrokkene wilde geen discussie met de verbalisant en gaf aan dat hij een bezwaarschrift zou indienen. De inzittenden van de auto zijn getuigen. Indien nodig zijn de inzittenden bereid om een getuigschrift op te stellen en eventueel naar de zitting te komen.
Ter zitting heeft betrokkene zijn beroepsgronden samengevat aangevoerd.
De zittingsvertegenwoordiger heeft verzocht het beroep ongegrond te verklaren en heeft daartoe het volgende aangevoerd. Twee verbalisanten hebben aangegeven dat ze de gedraging hebben waargenomen. Deze verbalisant geven dat niet zomaar aan en houden iemand niet zomaar staande. De zittingsvertegenwoordiger kent gewicht toe aan de verklaring van de verbalisanten en ziet geen reden tot twijfel.

Overwegingen

De kantonrechter is van oordeel dat uit de stukken in het dossier - met name uit de verklaring van de verbalisant - voldoende blijkt dat de gedraging waarvoor de boete is opgelegd, is verricht. In zaken op grond van de Wahv biedt de verklaring van de verbalisant in beginsel voldoende grondslag voor de vaststelling dat de gedraging is verricht. Dat is anders indien de betrokkene voor zijn zaak specifieke feiten en omstandigheden aanvoert, die aanleiding geven om te twijfelen aan de juistheid van die verklaring of indien dergelijke feiten en omstandigheden uit het dossier blijken.
De kantonrechter ziet in wat betrokkene heeft aangevoerd geen aanleiding om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant. De kantonrechter acht het onaannemelijk dat betrokkene geen mobiel elektronisch apparaat heeft vastgehouden, terwijl de verbalisanten getraind zijn om een dergelijke gedraging te herkennen. De boete is dus terecht opgelegd.
De kantonrechter ziet in wat betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen.
Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.

Beslissing

De kantonrechter verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.B. Scheltema Beduin, kantonrechter, bijgestaan door de griffier E. Alekperov, en in het openbaar uitgesproken op 11 december 2023.
Als u het niet eens bent met deze beslissing, dan kunt u binnen 6 weken na de hieronder vermelde datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, maar alleen als:
de boete meer dan € 110,00 bedraagt, of
uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u niet of niet op tijd zekerheid heeft gesteld.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant, Team strafrecht, Postbus 67, 4330 AB Middelburg. Het beroepschrift moet zijn ondertekend door degene die beroep heeft ingesteld of door de gemachtigde.
U dient daarbij het zaaknummer te vermelden.
De procedure bij het gerechtshof verloopt geheel schriftelijk, tenzij u in het beroepschrift uitdrukkelijk vraagt om een zitting waarop u uw standpunt mondeling wilt toelichten.
Datum verzending: