Uitspraak
RECHTBANK Zeeland-West-Brabant
1.[gedaagde sub 1] ,
2.
NAL HOLDING B.V.,
1.De procedure
2.De feiten
Goedemorgen [naam] ,
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 10 januari 2024 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen [eiser] en NAL HOLDING B.V. De zaak betreft de vraag of er een koopovereenkomst tot stand is gekomen tussen [eiser] en NAL, en of de voorwaarden waaronder deze overeenkomst zou gelden, als ontbindend of opschortend moeten worden gekwalificeerd. [eiser] heeft zijn pand te koop aangeboden via zijn vennootschap Ocean Real Estate BV. NAL heeft interesse getoond en een bod uitgebracht, onder voorbehoud van financiering en andere voorwaarden. De rechtbank heeft vastgesteld dat er op 26 januari 2023 een koopovereenkomst tot stand is gekomen, omdat er overeenstemming was over de prijs en de overdrachtsdatum. De rechtbank oordeelt dat de voorwaarden die partijen hebben afgesproken, ontbindend zijn en dat NAL niet tijdig een beroep heeft gedaan op deze voorwaarden. Hierdoor is de overeenkomst definitief geworden. De rechtbank heeft de vordering van [eiser] tot nakoming van de koopovereenkomst toegewezen, met een dwangsom voor het geval NAL niet aan de veroordeling voldoet. De persoonlijke aansprakelijkheid van [gedaagde sub 1] is afgewezen, omdat hem geen ernstig verwijt kan worden gemaakt. De rechtbank heeft ook de vordering tot rente over de waarborgsom en de buitengerechtelijke kosten afgewezen, maar heeft de beslagkosten en proceskosten toegewezen aan [eiser].