ECLI:NL:RBZWB:2024:1693
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Kort geding
- Pellikaan
- Rechtspraak.nl
Vervangende toestemming voor vakantie, identiteitsbewijs en inschrijving basisschool
In deze zaak heeft de vrouw, wonende in Tilburg, een kort geding aangespannen tegen de man, die niet is verschenen. De vrouw verzoekt de rechtbank om vervangende toestemming voor een geplande vakantie met haar minderjarige kind in Tsjechië, de aanvraag van een identiteitsbewijs voor het kind, en de inschrijving van het kind op een basisschool. De vrouw heeft de zorg voor het kind en heeft geen contact met de man, die onbereikbaar is. De voorzieningenrechter heeft de zaak behandeld op 7 maart 2024, waarbij de vrouw en een vertegenwoordiger van de Raad voor de Kinderbescherming aanwezig waren. De man was niet aanwezig. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de vrouw spoedeisend belang heeft bij haar verzoeken, gezien de aanstaande vakantie en de noodzaak om het kind in te schrijven op school. De rechtbank heeft geoordeeld dat de vorderingen van de vrouw niet onrechtmatig of ongegrond zijn en heeft de verzoeken toegewezen. De man is veroordeeld in de proceskosten, omdat hij de vrouw onnodig op kosten jaagt door niet te verschijnen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.