Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
- cliënt, bijgestaan door zijn advocaat;
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 7 maart 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende een verzoek tot rechterlijke machtiging tot opname en verblijf van een cliënt, ingediend door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Het verzoek was gebaseerd op artikel 24 e.v. van de Wet zorg en dwang (Wzd) en had betrekking op een cliënt die lijdt aan een verstandelijke handicap en een psychische stoornis, waaronder het Temple syndroom en een autisme spectrum stoornis. De rechtbank heeft vastgesteld dat de cliënt ernstig nadeel ondervindt door zijn situatie, wat onder andere leidt tot lichamelijk letsel en verwaarlozing. Tijdens de mondelinge behandeling op 7 maart 2024 zijn verschillende betrokkenen gehoord, waaronder de cliënt, zijn advocaat en zorgverantwoordelijken. De rechtbank heeft geconcludeerd dat opname en verblijf noodzakelijk zijn om het ernstig nadeel te voorkomen, maar heeft de duur van de machtiging beperkt tot vijf maanden in plaats van de verzochte zes maanden. De machtiging geldt tot en met 7 augustus 2024. De beschikking is mondeling gegeven door rechter Willemsen en is op 13 maart 2024 schriftelijk uitgewerkt.