Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
2.Verzoek
3.Standpunten
4.Beoordeling
5.Beslissing
[betrokkene] ,geboren op [geboortedag] 1974 te [geboorteplaats] ;
2 april 2025.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 2 april 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de verlening van een zorgmachtiging voor betrokkene, geboren op [geboortedag] 1974. De officier van justitie had op 15 maart 2024 een verzoek ingediend voor het verlenen van een zorgmachtiging op basis van artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De mondelinge behandeling vond plaats in de accommodatie waar betrokkene verblijft, omdat hij vanwege stress niet in de rechtszaal aanwezig wilde zijn. Tijdens de behandeling zijn betrokkene, zijn advocaat mr. R.T.K. Davidse, en een psychiater gehoord. De psychiater gaf aan dat betrokkene sinds zes maanden stabiel is, maar dat er nog steeds zorgen zijn over zijn geestelijke gezondheid en het risico op terugval in psychoses.
De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, waaronder schizofrenie en alcoholmisbruik, en dat deze stoornis leidt tot ernstig nadeel voor hemzelf en zijn omgeving. De rechtbank oordeelde dat verplichte zorg noodzakelijk is om ernstig nadeel af te wenden en dat er geen alternatieven op vrijwillige basis beschikbaar zijn. De rechtbank verleende de zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden, met specifieke maatregelen zoals het beperken van de bewegingsvrijheid en het opnemen in een accommodatie. De beslissing werd mondeling gegeven door rechter M. van de Merbel en is op 10 april 2024 schriftelijk uitgewerkt.