ECLI:NL:RBZWB:2024:240

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
5 januari 2024
Publicatiedatum
19 januari 2024
Zaaknummer
C/02/417093 / FA RK 23/5909
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • M. van Dun
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) voor betrokkene met psychische stoornis

Op 5 januari 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant in Breda een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 1992 in Syrië. De rechtbank heeft deze machtiging verleend op verzoek van de officier van justitie, die een zorgmachtiging vroeg aansluitend op een voortzetting van een crisismaatregel. De betrokkene verblijft momenteel in een accommodatie en heeft een geschiedenis van psychische problemen, waaronder schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen. Tijdens de mondelinge behandeling op dezelfde dag waren verschillende betrokkenen aanwezig, waaronder de betrokkene zelf, haar advocaat, een psychiater en een afdelingsarts. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis die leidt tot ernstig nadeel, waaronder risico op levensgevaar en ernstige psychische schade. De rechtbank oordeelde dat verplichte zorg noodzakelijk is, omdat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. De rechtbank heeft de verzoeken van de officier van justitie gehonoreerd en de zorgmachtiging verleend voor een periode van zes maanden, tot en met 5 juli 2024. De beschikking is mondeling gegeven door rechter M. van Dun en schriftelijk uitgewerkt op 16 januari 2024.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team Familie- en Jeugdrecht
Locatie Breda
Zaaknummer: C/02/417093 / FA RK 23/5909
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg aansluitend op een voortzetting van de crisismaatregel
Beschikking van 5 januari 2024van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 7:11 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedag] 1992 te [geboorteplaats] , Syrië ,
wonende aan [woonplaats] ,
thans verblijvende in de accommodatie [adres] , HIC te [plaats]
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. G.J. Woodrow te Tilburg.

1.Procesverloop

1.1
Het procesverloop blijkt uit:
- het verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 15 december 2023.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- de bevindingen van de geneesheer-directeur van 14 december 2023;
- de medische verklaring van 14 december 2023, opgesteld en ondertekend door [psychiater] ;
- een zorgplan van 28 november 2023;
- een zorgkaart
- de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wvggz;
- een afschrift van de justitiële documentatie en de politiemutaties.
1.2
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 5 januari 2024, op het verblijfadres van betrokkene bij GGz Breburg aan de [adres] te [plaats] .
1.3
Tijdens de mondelinge behandeling waren aanwezig en heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door haar advocaat en een telefonische tolk in de Syrisch-Arabische taal;
- de heer [naam 1] , psychiater;
- de heer [naam 2] , afdelingsarts;
- mevrouw [naam 3] , de zus van betrokkene.
Tevens was mevrouw [naam 4] , casemanager van het VIP-team, aanwezig maar zij is niet gehoord.
1.4
De officier is zoals hij reeds aangaf in zijn verzoek niet op de mondelinge behandeling verschenen en dus ook niet gehoord.

2.Verzoek

2.1
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een zorgmachtiging aansluitend op een voortzetting van de crisismaatregel te verlenen ten behoeve van betrokkene, voor de duur van zes maanden en voor de navolgende vormen van verplichte zorg:
- toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.

3.Standpunten

3.1
Betrokkene brengt, samengevat, naar voren dat het soms goed met haar gaat en soms ook minder goed. Betrokkene heeft de voorkeur voor een behandeling vanuit huis, zodat haar zus haar kan verzorgen en ook medicatie kan toedienen. Betrokkene geeft aan dat er in de thuissituatie een probleem is voorgevallen. Verder geeft betrokkene aan dat de behandeling van GGZ heeft geholpen, evenals de medicatie en de steun/bidden vanuit god. Tot slot merkt betrokkene op dat zij haar familie heeft belast en dat zij graag wil dat haar ouders worden bijgestaan.
3.2
De psychiater verklaart, samengevat, dat het toestandsbeeld van betrokkene de laatste paar dagen geleidelijk is verbeterd. De verbetering komt door de nieuwe medicatie. Betrokkene was eerder zeer angstig, achterdochtig en wantrouwend naar haar omgeving. Deze angst heeft tot incidenten geleid. De psychiater geeft aan dat er geoefend zal moeten worden met momenten naar huis te gaan. Wanneer de medicatie goed blijft aanslaan, zal de klinische behandeling naar verwachting een aantal weken in beslag nemen. De psychiater merkt daarbij op dat het beperken van de opnamemogelijkheid tot een aantal weken krap is, aangezien het belangrijk is dat er een heropname kan plaatsvinden wanneer het in de thuissituatie niet goed blijkt te gaan. De verbetering is immers pril. Tot slot verklaart de psychiater dat het toedienen van vocht en voeding niet nodig is.
3.3
De arts verklaart, samengevat, dat betrokkene eerder niet naar huis wilde gaan. Betrokkene heeft ook een forse angst richting de samenleving. Op dit moment kan betrokkene nog niet de stap maken om naar huis te gaan. Hiervoor is het ook noodzakelijk om meer medicatietrouw te zijn. Voorts geeft de arts aan dat de thuissituatie zeer schrijnend was waarbij de familie van betrokkene ook verantwoordelijkheid draagt. Er wordt namelijk een systeem in stand gehouden waarbij er niet tijdig om hulp wordt gevraagd. De arts heeft daarom onvoldoende vertrouwen of de familie tijdig hulp zal inschakelen.
3.4
De zus geeft aan dat het een zware tijd is geweest voor de familie. De zus noemt een voorbeeld waarin betrokkene een dag eerder nog zeer angstig was, zodanig dat betrokkene niet de roltrap durfde te nemen. De zus merkt langzaam een verbetering. De zus is dan ook van mening dat het aan de deskundigen is om aan te geven wat het beste is voor betrokkene.
3.5
De advocaat geeft aan dat betrokkene graag naar huis wil. Daarbij merkt de advocaat op dat er echter wel is voldaan aan de wettelijke criteria. Het uitgangspunt is dat betrokkene zo snel als mogelijk naar huis kan. De advocaat kan begrijpen dat deze stap op dit moment nog te vroeg is, maar verzoekt om de mogelijkheid tot opname te beperken. Voor de overige verzochte vormen van verplichte zorg refereert de advocaat zich aan het oordeel van de rechtbank.

4.Beoordeling

4.1
Uit de overgelegde stukken en het behandelde tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen, overige DSM-5 stoornissen en andere problemen die een reden voor zorg kunnen zijn. De rechtbank heeft geen reden om te twijfelen aan de medische verklaring.
4.2
Uit de overgelegde stukken en het behandelde tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat het gedrag van betrokkene als gevolg van haar stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op levensgevaar, ernstig lichamelijk letsel, ernstige psychische schade, maatschappelijke teloorgang, ernstig verstoorde ontwikkeling voor of van betrokkene of een ander en de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is. De rechtbank neemt hierbij in aanmerking dat betrokkene haar familie (fysiek) heeft belaagd en spullen heeft vernield. Door het gedrag van betrokkene zijn haar familieleden geruime tijd fors beperkt in hun vrijheid.
4.3
Om het ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren en te herstellen, heeft betrokkene zorg nodig.
4.4
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Betrokkene geeft aan liever naar huis te willen naar haar familie. De laatste paar dagen is er een verbetering van het toestandbeeld, maar het herstel is pril. Gelet op het voorgaande heeft de rechtbank onvoldoende vertrouwen dat betrokkene de noodzakelijke zorg in een vrijwillig kader zal accepteren. Om die reden is verplichte zorg nodig.
4.5
De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken.
Gelet op de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling wordt onder de verplichte zorg ‘aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten’, waaronder in dit geval te verstaan dat betrokkene periodiek contact moet houden met haar ambulant behandelteam. De rechtbank wijst deze vorm van verplichte zorg op deze wijze toe.
4.6
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vorm van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
- toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder in dit geval te verstaan dat betrokkene periodiek contact moet houden met het ambulante team. De frequentie van dat contact wordt op geleide van het toestandsbeeld door het ambulante team bepaald;
- opnemen in een accommodatie.
4.7
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
4.8
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
4.9
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De rechtbank ziet geen aanleiding om de opnamemogelijkheid in de duur te beperken. Enerzijds is er geen daadwerkelijke zekerheid op verbetering zichtbaar: het herstel in pril. Anderzijds, omdat de opnamemogelijkheid als vangnet kan dienen wanneer het in de thuissituatie toch niet goed blijkt te gaan. De zorgmachtiging zal dan ook worden verleend voor de (verzochte) duur van zes maanden.

5.Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1992 te [geboorteplaats] , Syrië , inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder in dit geval te verstaan dat betrokkene periodiek contact moet houden met het ambulante team. De frequentie van dat contact wordt op geleide van het toestandsbeeld door het ambulante team bepaald;
- opnemen in een accommodatie;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 5 juli 2024;
Deze beschikking is mondeling gegeven door mr. Van Dun, rechter en in het openbaar uitgesproken op 5 januari 2024 in tegenwoordigheid van mr. Hoetjes als griffier, en op 16 januari 2024 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.