ECLI:NL:RBZWB:2024:2473

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
11 april 2024
Publicatiedatum
16 april 2024
Zaaknummer
C/02/420255 / KG RK 24-194 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
  • T.J.P. Jager
  • De Graaf
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing verzoekschrift huurbeding en ontruiming van pand

Op 11 april 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een beschikking gegeven in de zaak van ING Bank N.V. tegen de onbekende huurders c.q. onderhuurders. Het verzoekschrift, ingediend op 15 maart 2024, strekte tot het verkrijgen van verlof om een beroep te doen op het huurbeding zoals bedoeld in artikel 3:264 leden 5 en 6 van het Burgerlijk Wetboek. Tijdens de mondelinge behandeling op 10 april 2024 was de bank vertegenwoordigd door mr. T.J.P. Jager, terwijl de gerekestreerden niet verschenen.

De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat aan de wettelijke vereisten voor toewijzing van het verzoek is voldaan. De onbekende huurders zijn op de hoogte gesteld van de aanzegging van de executieverkoop en het huurbeding is gepubliceerd in dagblad Trouw. Aangezien de gerekestreerden geen bezwaar hebben gemaakt tegen het verzoek, werd het verzoek toegewezen. De voorzieningenrechter verleende verlof aan de bank om het huurbeding in te roepen en veroordeelde de huurders om het pand te ontruimen binnen vier maanden na betekening van de beschikking.

Daarnaast werd het verzoek om machtiging voor zelf uitvoering te geven aan de beschikking afgewezen, omdat deze machtiging overbodig werd geacht. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de bank direct kan overgaan tot uitvoering van de ontruiming.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster II Handelszaken
Middelburg
zaaknummer / rekestnummer: C/02/420255 / KG RK 24-194
Beschikking van de voorzieningenrechter van 11 april 2024
in de zaak van
de naamloze vennootschap
ING BANK N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
verzoekster,
advocaat mr. J. Voskamp te Heemstede
tegen

1.[gerekestreerde] ,

2.
DE ONBEKENDE HUURDERS C.Q. ONDERHUURDERS,
allen wonende dan wel verblijvende te [postcode] [plaats] , [adres] ,
gerekestreerden,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift ex artikel 3:264 lid 5 BW, ingekomen ter griffie op 15 maart 2024;
  • de mondelinge behandeling gehouden op 10 april 2024.
1.2.
Ter gelegenheid van de mondelinge behandeling is mr. T.J.P. Jager namens de bank verschenen en gehoord. Gerekestreerden zijn, hoewel hiertoe behoorlijk opgeroepen, niet ter zitting verschenen.

2.De beoordeling

2.1.
Het verzoekschrift strekt tot het verkrijgen van verlof om een beroep te doen op het huurbeding als bedoeld in art. 3:264 leden 5 en 6 BW, alsmede tot ontruiming door gerekestreerden van het pand plaatselijk bekend [postcode] [plaats] , [adres] , kadastraal bekend gemeente [plaats] , [sectie] , [nummer] , ter grootte van drieënzeventig centiare (73 ca), binnen een termijn van vier maanden na betekening van deze beschikking en met afgifte van de sleutels aan verzoekster, met machtiging aan verzoekster om de in deze te geven beschikking zelf ter uitvoering te doen leggen, desnoods met behulp van de sterke arm van de politie en justitie.
2.2.
Verzoekster heeft bij deurwaardersexploten van 8 maart 2024 aan gerekestreerden het exploot van aanzegging van de executieverkoop d.d. 6 maart 2024 aan hypotheekgever betekend en hen aangezegd dat het huurbeding jegens hen zal worden ingeroepen. De onbekende huurders c.q. onderhuurders zijn hiervan daarnaast in kennis gesteld door middel van publicatie in dagblad Trouw van 15 maart 2024.
2.3.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat aan de wettelijke vereisten voor toewijzing van het verzoek is voldaan. Nu gerekestreerden bovendien geen bezwaar hebben geuit tegen toewijzing van het verzoek, zal het verzoek worden toegewezen.
2.4.
Het verzoek om een machtiging om de beschikking zelf ter uitvoering te doen leggen, desnoods met behulp van de sterke arm, zal worden afgewezen. Deze machtiging is overbodig nu in een executoriale vorm gewezen rechterlijke uitspraak, zoals deze beschikking, besloten ligt de opdracht aan het openbare gezag om desgevraagd de uitspraak ten uitvoer te leggen of bijstand te verlenen bij de tenuitvoerlegging. Eén en ander conform artikel art. 555 e.v. Rv jo art. 444 Rv.

3.De beslissing

De voorzieningenrechter
verleent verlof aan verzoekster om het huurbeding in te roepen tegen gerekestreerden
veroordeelt gerekestreerden om het pand plaatselijk bekend [postcode] [plaats] , [adres] , kadastraal bekend gemeente [plaats] , [sectie] , [nummer] , ter grootte van drieënzeventig centiare (73 ca), te ontruimen met al de hunnen en al het hunne en om dat pand met afgifte van de sleutels aan verzoekster ter vrije beschikking te stellen,
bepaalt dat gedurende een termijn van vier maanden na de betekening van de beschikking aan gerekestreerden niet ontruimd mag worden,
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. De Graaf en in het openbaar uitgesproken op 11 april 2024. [1]

Voetnoten

1.type: evd