ECLI:NL:RBZWB:2024:260

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
10 januari 2024
Publicatiedatum
19 januari 2024
Zaaknummer
10539497 CV EXPL 23-1342
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • mr. Borm
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Consumentenkoop en ontbinding van de koopovereenkomst bij beschadigde televisie

In deze zaak heeft eiser, een consument, een Samsung televisie gekocht van gedaagde, een besloten vennootschap. De televisie werd op 7 februari 2023 geleverd, maar eiser diende dezelfde avond een klacht in over schade aan de televisie. Eiser vorderde dat gedaagde de koopovereenkomst zou ontbinden en de koopsom van € 671,18 zou terugbetalen. Gedaagde betwistte dat de televisie bij de levering beschadigd was en stelde dat eiser niet aan de voorwaarden voor het indienen van een klacht had voldaan. De kantonrechter oordeelde dat eiser de overeenkomst onterecht had ontbonden. De rechter stelde vast dat eiser op tijd had geklaagd, maar dat hij niet had aangetoond dat de televisie bij de levering beschadigd was. De kantonrechter concludeerde dat de vordering van eiser tot terugbetaling van de koopsom en de wettelijke rente werd afgewezen. Eiser werd veroordeeld in de proceskosten van gedaagde.

Uitspraak

RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Middelburg
Zaaknummer: 10539497 CV EXPL 23-1342
Vonnis van 10 januari 2024
in de zaak van
[eiser],
wonende te [woonplaats] ,
eisende partij,
hierna te noemen: [eiser] ,
gemachtigde: mr. I.A.C. Cools,
tegen
de besloten vennootschap
[gedaagde] B.V.,
gevestigd te [plaats] ,
gedaagde partij,
hierna in vrouwelijk enkelvoud te noemen: [gedaagde] ,
vertegenwoordigd door: [naam 1] .

1.Hoe is deze procedure verlopen?

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 17 mei 2023 met producties;
- de conclusie van antwoord met producties;
- de conclusie van repliek met producties;
- de conclusie van dupliek met producties;
- de akte uitlating producties aan de zijde van [eiser] .
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.Wat zijn de feiten in deze zaak?

2.1.
[eiser] heeft op 3 februari 2023 van [gedaagde] een Samsung televisie (hierna: de televisie) en Gateway gekocht voor een bedrag van € 671,18.
2.2.
De televisie is op 7 februari 2023 door Logique B.V. (hierna: de bezorger) bij [eiser] thuis geleverd. Die avond heeft [eiser] een klacht ingediend bij [gedaagde] , omdat de onderkant en het scherm van de televisie beschadigd zijn. Hij heeft daarbij gevraagd om deze te vervangen.
2.3.
Op 17 februari 2023 heeft de gemachtigde van [eiser] een ingebrekestelling verstuurd naar [gedaagde] . Daarin wordt zij in de gelegenheid gesteld om binnen veertien dagen een vervangende televisie naar [eiser] op te sturen.
2.4.
Diezelfde dag nog heeft [gedaagde] op de ingebrekestelling gereageerd. [gedaagde] heeft aangegeven de schade eerst zelf te willen onderzoeken. Partijen hebben afgesproken dat de televisie op 26 februari 2023 bij [eiser] thuis wordt opgehaald. Twee dagen later, op 28 februari 2023, heeft [gedaagde] aan [eiser] laten weten dat de televisie die dag wordt onderzocht. [gedaagde] zou [eiser] zo snel mogelijk op de hoogte brengen.
2.5.
De gemachtigde van [eiser] heeft op 3 maart 2023 opnieuw een brief naar [gedaagde] verstuurd. Daarin wordt zij gesommeerd om binnen zeven dagen een vervangende televisie naar [eiser] op te sturen. Dit heeft [gedaagde] niet gedaan. [gedaagde] heeft de gemachtigde van [eiser] laten weten dat [eiser] niet aan de voorwaarden voor het indienen van een klacht heeft voldaan.
2.6.
De koopovereenkomst is op 10 maart 2023 door de gemachtigde van [eiser] ontbonden. [gedaagde] heeft geen gehoor gegeven aan de sommatie om de koopsom binnen vijf dagen terug te betalen.
2.7.
Namens de bezorger heeft [naam 2] , leidinggevende/support, op 26 september 2023 het volgende verklaard:
“Dit betreft een levering van een TV bij [eiser] aan de [adres] in [woonplaats] . Wij hebben de TV afgeleverd op 07-02-2023 om 8.58 uur. Wij hebben ook een foto van aflevering gemaakt wat wij altijd doen als bewijs van aflevering. Deze foto is gemaakt op 07-02-2023 om 8.58 uur. De chauffeur heeft de doos niet laten vallen uit de bus, wij zijn uiterst voorzichtig met alle pakketten die we vervoeren. En we zien ook totaal geen schade aan de doos.”

3.Wat vordert [eiser] en wat vindt [gedaagde] daarvan?

3.1.
[eiser] vordert dat [gedaagde] wordt veroordeeld tot het betalen van een bedrag van € 671,18, te vermeerderen met rente en proceskosten.
3.2.
[eiser] stelt zich op het standpunt dat de bezorger de televisie bij de levering op 7 februari 2023 heeft laten vallen. [eiser] heeft de televisie uit de verpakking gehaald en opgehangen en aangesloten om de schade te kunnen beoordelen. Daarbij is gebleken dat zowel de onderkant als het scherm van de televisie beschadigd waren. [eiser] heeft diezelfde dag, dus op tijd, geklaagd bij [gedaagde] over de schade. Er is volgens [eiser] sprake van non-conformiteit van de televisie. Hij heeft daarom recht op een vervangend exemplaar. Deze heeft [gedaagde] niet binnen de gestelde termijn aan hem geleverd, zodat [eiser] het recht had om de koopovereenkomst te ontbinden. De ontbinding heeft tot gevolg dat [gedaagde] de koopsom van € 671,18 aan [eiser] terug moet betalen. Dit heeft [gedaagde] niet gedaan. Zij is daarom ook wettelijke rente over de koopsom verschuldigd, aldus [eiser] .
3.3.
[gedaagde] is het niet eens met de vordering van [eiser] . [gedaagde] betwist dat de televisie bij de levering is beschadigd. [gedaagde] wijst op de foto die is gemaakt toen de verpakking bij [eiser] voor de deur stond. Daarop is geen schade te zien aan de onderzijde. De bezorger heeft bovendien verklaard dat hij de verpakking niet heeft laten vallen. [eiser] moet bewijzen dat de schade bij de levering al is ontstaan. Volgens [gedaagde] is de schade op zijn vroegst pas ontstaan bij het ophangen van de televisie. [eiser] had dat op grond van de algemene voorwaarden bovendien nog niet mogen doen. Hij had de televisie eerst moeten aansluiten en testen. [eiser] heeft zijn klacht te laat ingediend. Daarmee verliest hij zijn recht op een vervangend product. Voor zover de schade pas is ontstaan tijdens de retourzending van de televisie, komt dit voor rekening en risico van [eiser] . [eiser] had de televisie beter moeten verpakken voordat hij deze meegaf met de bezorger. Er was ook de mogelijkheid om de televisie bij [eiser] thuis te laten onderzoeken, maar daar heeft [eiser] niet voor gekozen. De herstelkosten van de schade aan het scherm en de kosten voor nieuwe accessoires zijn hoger dan de koopsom van de televisie. Daarom zou [gedaagde] de koopsom niet aan [eiser] hoeven terug te betalen.

4.Hoe beoordeelt de kantonrechter deze zaak?

4.1.
Deze zaak gaat over de vraag of [eiser] de overeenkomst met [gedaagde] terecht heeft ontbonden en recht heeft op teruggave van de koopsom. De uitkomst is dat [eiser] de overeenkomst onterecht heeft ontbonden en dus geen geld terugkrijgt. Hierna zal worden uitgelegd waarom de kantonrechter tot dit oordeel komt.
consumentenkoopovereenkomst: extra bescherming voor [eiser]
4.2.
[eiser] heeft gesteld en [gedaagde] heeft niet weersproken dat hij de koopovereenkomst als consument heeft gesloten. Dit betekent dat aan [eiser] verdergaande wettelijke bescherming toekomt. De kantonrechter zal hieronder waar nodig uitleggen wat die bescherming precies inhoudt.
klachttermijn: [eiser] heeft op tijd geklaagd
4.3.
[eiser] kan zijn eventuele rechten tegenover [gedaagde] alleen geldend maken als hij op tijd bij [gedaagde] heeft geklaagd over de beschadigde televisie. [gedaagde] voert in dat kader aan dat [eiser] de televisie niet eerst had mogen ophangen. Dit blijkt volgens [gedaagde] uit haar algemene voorwaarden. [eiser] vindt daarentegen dat hij op tijd heeft geklaagd, omdat hij de schade nog op de dag van levering heeft gemeld.
4.4.
[gedaagde] heeft het recht van [eiser] om te klagen over schade in haar algemene voorwaarden beperkt. Daarin staat namelijk dat de koper een product zoals een televisie moet controleren op de werking vóórdat deze wordt opgehangen. Doet de koper dat niet, dan neemt [gedaagde] de schade niet meer in behandeling en is de koper daar zelf aansprakelijk voor. Deze voorwaarde is naar het oordeel van de kantonrechter niet toegestaan en moet daarom worden vernietigd. Deze voorwaarde is namelijk onredelijk bezwarend. [1] [gedaagde] mag gedragingen van [eiser] niet bestraffen met het verlies van zijn bevoegdheid tot ontbinding van de koopovereenkomst. Zeker niet nu de wettelijke klachttermijn voor consumenten maar liefst twee maanden is. [2] De vernietiging van de voorwaarde heeft tot gevolg dat [gedaagde] daar geen beroep op kan doen. Dat [eiser] de televisie eerst heeft opgehangen, kan hem dus niet worden tegengeworpen. [gedaagde] heeft niet weersproken dat [eiser] zijn klacht op de dag van levering heeft ingediend. Dit is binnen de wettelijke termijn van twee maanden. [eiser] heeft dus op tijd geklaagd over de schade.
vereisten voor de ontbinding van de koopovereenkomst
4.5.
De bevoegdheid om de overeenkomst te ontbinden ontstaat niet zomaar. [eiser] moet daarvoor nog aan een aantal (aanvullende) vereisten voldoen. Zo moet vast komen te staan dat de televisie op het moment van aflevering niet aan de overeenkomst beantwoordde (non-conformiteit). Verder moet [eiser] [gedaagde] de kans hebben gegeven om de televisie te herstellen of te vervangen. Alleen als herstel of vervanging van de televisie niet mogelijk is of niet van [gedaagde] kan worden gevergd, of als [gedaagde] daar niet binnen een redelijke termijn of zonder ernstige overlast voor [eiser] toe over is gegaan, mag [eiser] de overeenkomst ontbinden. [3]
het vereiste van non-conformiteit: de televisie beantwoordt aan de overeenkomst
4.6.
Op grond van de wet maakt de bezorging van een product zoals een televisie bij een consumentenkoop deel uit van de overeenkomst. Het risico dat de televisie beschadigd raakt, gaat pas over op de koper, [eiser] , als deze de televisie heeft ontvangen. [4] Indien de bezorger de televisie laat vallen en deze daardoor beschadigd raakt, dan beantwoordt de televisie niet meer aan de overeenkomst. [eiser] is als koper degene die moet stellen en zo nodig bewijzen dat de televisie niet aan de overeenkomst beantwoordt. Omdat hij een consument is, wordt hij daarbij geholpen door het bewijsvermoeden. Bij een consumentenkoop wordt vermoed dat het product niet aan de overeenkomst beantwoordt als de afwijking zich binnen één jaar na aflevering openbaart, tenzij de verkoper anders aantoont of de aard van de zaak of de aard van de afwijking zich daartegen verzet. [5] [eiser] stelt dat de televisie is beschadigd bij de levering, zodat de bal nu bij de verkoper, [gedaagde] , ligt.
4.7.
[gedaagde] heeft aangevoerd dat de televisies die zij levert heel breekbaar zijn. Voor zover [gedaagde] daarmee bedoelt dat de aard van de afwijking zich verzet tegen de toepassing van het bewijsvermoeden, slaagt dit verweer. Deze uitzondering is bijvoorbeeld van toepassing als de afwijking duidelijk is ontstaan door het handelen van de koper zelf. Dat de televisie beschadigd is geraakt door een val wordt door [gedaagde] niet weersproken. Het is echter de vraag wie die val heeft veroorzaakt. De kantonrechter ziet in dit geval voldoende aanknopingspunten om ervan uit te gaan dat de televisie pas ná de bezorging is gevallen. [gedaagde] heeft een verklaring van de bezorger overgelegd waaruit blijkt dat hij de televisie niet heeft laten vallen. De bezorger zou ook een foto hebben gemaakt van het onbeschadigde pakket dat is bezorgd bij [eiser] . Deze foto heeft [gedaagde] eveneens in het geding gebracht. [eiser] weerspreekt niet dat het pakket op de foto onbeschadigd is. Wel bestempelt hij de verklaring van de bezorger als ongeloofwaardig vanwege de tijd die is verstreken tussen de dag van bezorging en de dag dat de verklaring door de bezorger is afgelegd. Hij betwist ook dat het pakket op de foto het pakket is dat bij hem thuis is bezorgd. Die enkele stellingen zijn echter onvoldoende. Het had op de weg van [eiser] gelegen om een foto in het geding te brengen waarop te zien is dat het pakket dat bij hem is bezorgd wel degelijk beschadigd is. Dit heeft [eiser] niet gedaan. Daarmee is onvoldoende vast komen te staan dat de televisie bij de bezorging is gevallen en daardoor beschadigd is geraakt. Van non-conformiteit is dus niet gebleken.
conclusie: afwijzen vordering
4.8.
Gelet op het voorgaande voldoet [eiser] niet aan het eerste vereiste voor ontbinding van de koopovereenkomst. Of aan de andere vereisten is voldaan, hoeft niet meer besproken te worden. [eiser] is onterecht tot ontbinding van de koopovereenkomst overgegaan. Zijn vordering tot terugbetaling van de koopsom wordt daarom afgewezen. De daarmee samenhangende vordering tot betaling van de wettelijke rente wordt eveneens afgewezen.
proceskosten
4.9.
[eiser] is de partij die in het ongelijk wordt gesteld. Hij zal daarom worden veroordeeld in de proceskosten. De proceskosten aan de zijde van [gedaagde] worden vastgesteld op € 330,00 (2,50 punten × € 132,00).

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
wijst de vorderingen van [eiser] af;
5.2.
veroordeelt [eiser] in de proceskosten van € 350,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe. Als [eiser] niet op tijd aan zijn veroordeling voldoet en het vonnis daarna wordt betekend, dan moet [eiser] ook de kosten van betekening betalen;
5.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. Borm en in het openbaar uitgesproken op 10 januari 2024.

Voetnoten

1.Artikel 6:233 sub a en artikel 6:237 sub h van het Burgerlijk Wetboek.
2.Artikel 7:23 lid 1, laatste volzin van het Burgerlijk Wetboek.
3.Artikel 7:22 van het Burgerlijk Wetboek.
4.Artikel 7:11 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek.
5.Artikel 7:18a lid 2 van het Burgerlijk Wetboek.