Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
- de kennisgeving van inbeslagname op grond van artikel 94 van het Wetboek van Strafvordering (hierna te noemen: Sv), waaruit blijkt dat op 27 juli 2023 onder klager in beslag zijn genomen: 7 telefoons, 1 smartwatch, 14 simkaarten, 1 identiteitskaart, rekeningsafschriften, een UPS bezorglabel, 8 betaalkaarten, 3 notebooks, 1 Personal HP en een geldbedrag van € 1.793,55 (hierna: de voorwerpen).
- het klaagschrift ingevolge artikel 552a Sv, ingediend op 19 september 2023 ter griffie van deze rechtbank;
- het verweerschrift van de officier van justitie en
- de overige stukken uit het bijbehorende raadkamerdossier met voornoemd raadkamernummer.
goednummer: PL2000-2022170818-2619474), de notebook HP [laptop] (
goednummer: PL2000-2022170818-2619463), de Apple Watch (
goednummer: PL2000-2022170818-2619405) en het geldbedrag van € 1.793,55 (
goednummers: PL2000-2022170818-2619418 en PL2000-2022170818-2619458). Ten aanzien van de overige in beslag genomen voorwerpen mag het klaagschrift als ingetrokken worden beschouwd.
2.De beoordeling
3.De beslissing
beroep in cassatieworden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden te 's-Gravenhage (artikel 552d lid 2 Wetboek van Strafvordering)