In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 15 mei 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen de rechtspersoon Alektum Capital II AG, gevestigd in Zwitserland, en een consument die online bankhoezen had gekocht via de webwinkel Wish. De consument had gekozen voor achteraf betalen via Klarna, maar was ontevreden over de ontvangen hoezen en had deze geretourneerd. Klarna had de vordering op de consument gecedeerd aan Alektum, die betaling vorderde van de consument, omdat de hoezen volgens hen niet retour waren ontvangen. De kantonrechter moest beoordelen of de consument bevrijd was van zijn betalingsverplichting.
De feiten van de zaak tonen aan dat de consument op 9 juni 2021 een koopovereenkomst had gesloten met Wish en de hoezen had ontvangen, maar deze had geretourneerd. De consument had Klarna geïnformeerd over de retourzending en had een verzendbewijs overgelegd. Alektum betwistte echter de ontvangst van de retourzending en stelde dat de consument niet had aangetoond dat de hoezen waren teruggestuurd. De kantonrechter oordeelde dat de consument voldoende bewijs had geleverd van de retourzending en dat hij daarom niet hoefde te betalen. De vordering van Alektum werd afgewezen, evenals de vorderingen voor incassokosten en wettelijke rente. Alektum werd veroordeeld in de proceskosten van de consument, die op nihil werden gesteld omdat deze in persoon procedeerde.
De uitspraak benadrukt de rechten van consumenten bij online aankopen en de verplichtingen van handelaren met betrekking tot retourzendingen en informatieplichten. De kantonrechter bevestigde dat de consument in dit geval zijn betalingsverplichting niet had geschonden, omdat hij had aangetoond dat hij de goederen had geretourneerd.