ECLI:NL:RBZWB:2024:3255

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
1 mei 2024
Publicatiedatum
20 mei 2024
Zaaknummer
10889827 CV EXPL 24-318 (T)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • Eijssen-Vruwink
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aanhouding van een huurovereenkomst in afwachting van bewijsopdracht in andere procedure

In deze zaak vordert de eiseres, die gedeeltelijk kosteloos procedeert, een verklaring voor recht dat zij met ingang van 23 april 2023 huurder is van een woning gelegen aan [woonadres 1]. De gedaagde is in rechte verschenen, maar heeft op de dagvaarding geen antwoord gegeven. De kantonrechter constateert dat de vordering van eiseres in beginsel toewijsbaar is, aangezien deze niet is weersproken door gedaagde. Echter, de kantonrechter is ambtshalve bekend met een andere procedure onder zaaknummer 10836417 CV EXPL 23-5133, waarin eiseres dezelfde vordering in reconventie heeft ingesteld. In die procedure is een bewijsopdracht gegeven die relevant is voor de huidige zaak. Om tegenstrijdige uitspraken te voorkomen, heeft de kantonrechter besloten deze zaak aan te houden in afwachting van de uitkomst van de bewijsopdracht in de andere procedure. De beslissing om de zaak aan te houden is genomen op 1 mei 2024, en verdere beslissingen worden aangehouden totdat er meer duidelijkheid is over de bewijsopdracht.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Cluster I Civiele kantonzaken
Tilburg
zaak/rolnr.: 10889827 CV EXPL 24-318
vonnis d.d. 1 mei 2024
inzake
[eiseres],
wonende te [woonadres 1],
eiseres,
gedeeltelijk kosteloos procederend middels een toevoeging onder [nummer],
gemachtigde: mr. drs. I. Heijselaar, advocaat te Amsterdam,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonadres 2],
gedaagde,
gemachtigde: mr. L.N.J.B. van Osch, advocaat te Tilburg.
Partijen worden hierna aangeduid als “[eiseres]” en “[gedaagde]”.

1.Het verloop van het geding

De procesgang blijkt uit de dagvaarding van 20 oktober 2023 met producties.

2.Het geschil en de beoordeling

2.1
[eiseres] vordert om bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, voor recht te verklaren dat [eiseres] met ingang van 23 april 2023 huurder is van de woning, staande en gelegen te [woonadres 1], met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten, de rente daarover en de nakosten.
2.2
Nadat [gedaagde] in rechte is verschenen, is aan hem desgevraagd uitstel verleend om op de dagvaarding te antwoorden, maar dat heeft [gedaagde] op de daartoe bepaalde terechtzitting niet gedaan.
2.3
Nu de vordering van [eiseres] door [gedaagde] niet is weersproken, is deze in beginsel toewijsbaar. De kantonrechter is er echter ambtshalve mee bekend dat [eiseres] in de zaak onder zaaknummer 10836417 CV EXPL 23-5133 in reconventie dezelfde vordering heeft ingesteld. In die zaak wordt een bewijsopdracht gelast, die onder andere ziet op voornoemde vordering. Om tegenstrijdige uitspraken te voorkomen, wordt deze zaak aangehouden in afwachting van de uitkomst van de bewijsopdracht in voornoemde zaak.
2.4
Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

3.De beslissing

De kantonrechter:
houdt de zaak aan, zoals overwogen onder 2.3;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. Eijssen-Vruwink en in het openbaar uitgesproken op 1 mei 2024.