ECLI:NL:RBZWB:2024:3807

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
21 mei 2024
Publicatiedatum
6 juni 2024
Zaaknummer
C/02/422474 / FA RK 24/2268
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • Mr. Van de Merbel
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 21 mei 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de voortzetting van een crisismaatregel voor een betrokkene, geboren op [geboortedag] 2003. De officier van justitie had verzocht om verlenging van de crisismaatregel, die oorspronkelijk op 17 mei 2024 was opgelegd. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling op dezelfde datum gehouden, waarbij de betrokkene, haar advocaat, een psychiater, een arts-assistent en een verpleegkundige aanwezig waren. De betrokkene heeft aangegeven dat zij lijdt onder stemmen in haar hoofd die haar destructieve opdrachten geven, wat leidt tot automutilatie en suïcidaliteit. De psychiater heeft betoogd dat langdurige verplichte zorg contraproductief kan zijn en dat er mogelijkheden zijn voor vrijwillige zorg. De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel en dat de betrokkene beschermd moet worden tegen zichzelf. De rechtbank heeft besloten om de crisismaatregel voor een periode van tien dagen voort te zetten, met specifieke verplichte zorgmaatregelen, en heeft het verzoek om een langere termijn afgewezen. De beschikking is mondeling gegeven door mr. Van de Merbel en is op 4 juni 2024 schriftelijk uitgewerkt.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team Familie- en Jeugdrecht
Locatie Middelburg
Zaaknummer: C/02/422474 / FA RK 24/2268
Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel
Beschikking van 21 mei 2024van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot verlenging van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedag] 2003 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonadres] ,
thans verblijvende in de [accommodatie] te [plaats] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. R. Heemskerk te ’s-Gravenhage.

1.Procesverloop

1.1
Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift van 17 mei 2024, ingekomen ter griffie op 17 mei 2024, waarin de officier van justitie heeft verzocht om voortzetting van de op 17 mei 2024 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wet Bopz en de Wvggz;
- een afschrift van de beschikking van de burgemeester van de gemeente Goes tot het nemen van de crisismaatregel van 17 mei 2024;
- een episode journaal van 17 mei 2024;
- de medische verklaring van 16 mei 2024;
- een afschrift van de justitiële documentatie waarin betrokkene niet voorkomt.
1.2
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 21 mei 2024, in de hierboven genoemde accommodatie.
1.3
Tijdens de mondelinge behandeling waren aanwezig en heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
- dhr. [naam 1] , psychiater;
- Dhr. [naam 2] , arts-assistent;
- [naam 3] , verpleegkundige.
1.4
De officier van justitie is zoals hij reeds aangaf in zijn verzoek niet op de mondelinge behandeling verschenen en dus ook niet gehoord.

2.Verzoek

2.1
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor betrokkene te verlenen.

3.Standpunten

3.1
Betrokkene heeft tijdens de mondelinge behandeling aangegeven dat het niet goed met haar gaat. Betrokkene merkt nog niet veel vooruitgang sinds haar opname bij [accommodatie] . Betrokkene geeft aan dat zij gestuurd wordt door stemmen in haar hoofd die haar dood willen. De stemmen laten haar destructieve opdrachten uitvoeren en wanneer betrokkene niet naar deze stemmen luistert of meewerkt aan de haar geboden hulp terwijl de stemmen willen dat dat niet gebeurt, wordt zij door de stemmen gestraft. Deze stemmen zijn overheersend aanwezig. Betrokkene is bang dat de stemmen de overhand krijgen indien zij weer alle verantwoordelijkheid krijgt. Ze zou graag zien dat er tijdelijk gedwongen ingegrepen kan worden als de stemmen in haar hoofd de overhand hebben om te voorkomen dat ze de destructieve opdrachten uitvoert. Als iemand anders bepaalt dat iets moet, kan ze die ander de schuld geven en straffen de stemmen haar in mindere mate. Betrokkene vindt het dan ook enorm lastig om op vrijwillige basis te verblijven bij [accommodatie] . Ook als het verzoek niet wordt toegewezen vraagt betrokkene om de regie haar uit handen te nemen. Betrokkene geeft nog aan dat het bij eerdere opnames na een korte periode van gewenning wat beter met haar ging en ze meer tegenwicht aan de stemmen kon bieden.
3.2
Namens betrokkene verzoekt de advocaat om het verzoek toe te wijzen. Er is bij betrokkene nog steeds sprake van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, wat een groot risico met zich meebrengt indien de crisismaatregel niet wordt voorgezet. De advocaat hoopt echter dat er snel verbetering is te zien in het toestandsbeeld van betrokkene zodat de crisismaatregel vroegtijdig gestopt kan worden.
3.3
Ter gelegenheid van de mondelinge behandeling heeft de psychiater toegelicht dat er bij betrokkene een grote innerlijke worsteling gaande is. De psychiater is van mening dat het beter is voor betrokkene om zelf de regie in handen te houden. De psychiater ziet namelijk een groot risico in het verlenen van langdurige verplichte zorg (gedurende meerdere weken) omdat dit vaak contraproductief werkt bij een ziektebeeld als dat van betrokkene. De psychiater ziet voldoende heilzame mogelijkheden in een vrijwillig kader. Zo helpt het betrokkene om haar op een directieve manier te benaderen en op die manier kan voorkomen worden dat zij zich aan de zorg onttrekt. Ook moet voorkomen worden dat betrokkene een veelheid aan medicatie inneemt omdat een verdoving van het brein het moeilijker maakt voor betrokkene om grip te houden op de situatie. Uit eerdere opnames is gebleken dat betrokkene moeite heeft met het onverwachts worden opgenomen op een andere plek, zoals ook nu het geval is. De psychiater is dan ook van mening dat het verzoek moet worden afgewezen. In ieder geval dient geen gedwongen zorg gedurende langere tijd te worden toegepast. Als het verzoek toch wordt toegewezen, zullen de verplichte vormen van zorg spaarzaam worden ingezet. De psychiater ziet weliswaar in dat betrokkene steun heeft aan verplichte zorg, maar ziet daartegenover de risico’s op de lange termijn.
3.4
De verpleegkundige bevestigt dat betrokkene baat heeft bij een directieve benadering.

4.Beoordeling

4.1
Bij beschikking van de gemeente Goes van 17 mei 2024 is ten aanzien van betrokkene een crisismaatregel genomen. Op basis daarvan is betrokkene opgenomen en verblijft zij momenteel in de [accommodatie] te [plaats] .
4.2
Het vermoeden bestaat dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten
neurobiologische ontwikkelingsstoornissen (o.a. verstandelijke beperkingen en autismespectrumstoornissen), persoonlijkheidsstoornissen en overige DSM-5 stoornissen. Uit de medische verklaring van 16 mei 2024 blijkt dat er bij betrokkene sprake is van een autismespectrumstoornis, waarbij er een sociaal-emotionele ontwikkelingsachterstand is die leidt tot persoonlijkheidsdynamiek die past bij een bedreigende persoonlijkheidsontwikkeling. Dit is door of namens betrokkene niet betwist.
4.3
Uit de overgelegde stukken en het behandelde tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel. Het is de rechtbank gebleken dat betrokkene zich moet laten leiden door de stemmen in haar hoofd, ten gevolge waarvan zij destructieve opdrachten heeft uitgevoerd. Betrokkene heeft hierdoor automutilatiewonden op haar armen en op haar hoofd. Ook bestaat er op dit moment het risico op overlijden door suïcide. Betrokkene moet hiertegen worden beschermd.
4.4
Het ernstige vermoeden bestaat dat dit onmiddellijk dreigend ernstig nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit de hierboven genoemde psychische stoornis. De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
4.5
De rechtbank is derhalve van oordeel dat anders dan de in de crisismaatregel genoemde zorg, de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk zijn om het nadeel af te wenden, te weten:
- toedienen van vocht;
- toedienen van voeding;
- toedienen van medicatie;
- verrichten van medische controles;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
De overige door de officier van justitie verzochte vormen van verplichte zorg worden door de rechtbank niet noodzakelijk geacht, omdat de noodzakelijkheid daarvan niet (afdoende) is gemotiveerd en de psychiater tijdens de mondelinge behandeling gemotiveerd heeft verklaard dat deze niet nodig zijn om het ernstig nadeel af te wenden.
4.6
Hoewel betrokkene aangeeft dat het gedwongen kader helpend voor haar is, kan toch worden geconcludeerd dat er sprake is van verzet tegen de hiervoor genoemde vormen van verplichte zorg. De rechtbank neemt hierbij in overweging dat betrokkene eerder gepersisteerd heeft in haar ontslagwens om een einde aan haar leven te maken. Daarbij komt dat betrokkene ook daadwerkelijk geprobeerd heeft om de afdeling te verlaten. Betrokkene laat zich daarbij leiden door de stemmen in haar hoofd waartegen zij momenteel (nog) geen weerstand kan bieden. Om die reden is zorg in het gedwongen kader nodig.
4.7
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
4.8
De rechtbank is van oordeel dat de voorgestelde verplichte zorg evenredig is en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
4.9
Gelet op het voorgaande zal een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel – anders dan de verzochte duur - worden verleend. Hoewel de rechtbank het standpunt van de psychiater - dat een voortzetting van de crisismaatregel een groot risico op regressie geeft – navolgbaar vindt, is de rechtbank van oordeel dat de crisismaatregel moet worden toegewezen voor de
duur van tien dagen. Momenteel is het onmiddellijk dreigend ernstig nadeel in zodanige mate aanwezig dat betrokkene hiertegen moet worden beschermd. Gebleken is dat betrokkene bij een onverwachte opname steeds een korte periode van gewenning nodig heeft waarbij het aanvankelijk juist slechter met haar gaat en dat lijkt nu ook het geval te zijn. De termijn van tien dagen is noodzakelijk om meer zicht te krijgen op betrokkene nu de behandelrelatie tussen de behandelaar en betrokkene pas net tot stand is gekomen en om meer zicht te krijgen op de vervolgstappen die er gezet moeten worden.
4.1
Het voorgaande leidt tot de volgende beslissing.

5.Beslissing

De rechtbank:
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien van
[betrokkene] ,geboren op [geboortedag] 2003 te [geboorteplaats] ;
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals genoemd in rechtsoverweging 4.5 kunnen worden getroffen;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met
31 mei 2024;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is mondeling gegeven door mr. Van de Merbel, rechter en in het openbaar uitgesproken op 21 mei 2024 in tegenwoordigheid van mr. Verplanke, griffier, en op 4 juni 2024 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.

Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.