Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De verzoeken
4.De beoordeling
[datum] 2024 te [uur]bij de kinderrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant (mr. Phillips), locatie Breda, Stationslaan 10, 4815 GW;
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 11 juni 2024 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een spoedmachtiging verleend voor de uithuisplaatsing van een twee weken oude tweeling, [minderjarige 1] en [minderjarige 2], in een pleeggezin. De beslissing volgde op een verzoek van de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering, die zich zorgen maakte over de kwetsbaarheid van de ouders. De ouders vertonen persoonlijke problematiek, waaronder een licht verstandelijke beperking, en er zijn zorgen over hun vermogen om voor de kinderen te zorgen. De moeder woont zelfstandig en ontvangt ambulante begeleiding, terwijl de vader in een 24-uurs beschermde omgeving verblijft.
De kinderrechter oordeelde dat de veiligheid van de minderjarigen niet gewaarborgd kon worden in de thuissituatie. Er waren al zorgen over de hygiëne en de verzorging van de kinderen, zowel thuis als in het ziekenhuis. De ouders waren het niet eens met een voorgestelde moeder-kind plaatsing, en er was geen beschikbare plek voor een gezinsopname. De kinderrechter concludeerde dat het noodzakelijk was om de kinderen met spoed uit huis te plaatsen in het belang van hun verzorging en opvoeding. De machtiging tot uithuisplaatsing werd verleend voor de duur van twee weken, met de mogelijkheid tot verlenging na een mondelinge behandeling.
De kinderrechter heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk moet worden uitgevoerd, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. De ouders hebben recht op kosteloze rechtsbijstand in het kader van de pilot voor spoeduithuisplaatsingen, en de moeder heeft een advocaat toegewezen gekregen. De zaak zal verder worden behandeld in een mondelinge zitting.