ECLI:NL:RBZWB:2024:4118
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Bodemzaak
- mr. Van 't Nedereind
- Rechtspraak.nl
Ontbinding huurovereenkomst en ontruiming woonruimte wegens huurachterstand
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 5 juni 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen Xior Breda N.V. en een gedaagde huurder. De eisende partij, Xior, vorderde de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woonruimte vanwege een aanzienlijke huurachterstand van € 20.631,88 tot en met april 2024. De gedaagde, die in persoon procedeerde, heeft de huurachterstand niet weersproken en gaf aan dat zijn vader, die wegens gezondheidsklachten niet meer kan werken, de huur voorheen betaalde. De gedaagde heeft geprobeerd werk te vinden, maar als student van buiten de EU is hij beperkt in zijn mogelijkheden om fulltime te werken. Hij heeft ook een woning in Indonesië te koop staan, maar deze is nog niet verkocht.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurachterstand substantieel is en dat de persoonlijke omstandigheden van de gedaagde voor zijn rekening en risico komen. De kantonrechter heeft de bevoegdheid om de zaak te behandelen bevestigd op basis van de Europese regelgeving en heeft vastgesteld dat Nederlands recht van toepassing is. De vordering van Xior is toegewezen, inclusief de buitengerechtelijke kosten, en de gedaagde is veroordeeld tot betaling van de proceskosten. De kantonrechter heeft de gedaagde ook veroordeeld om het gehuurde binnen twee weken na betekening van het vonnis te ontruimen.
De beslissing van de kantonrechter omvatte de ontbinding van de huurovereenkomst, de veroordeling tot ontruiming, en de toewijzing van de huurachterstand en bijkomende kosten. Dit vonnis is openbaar uitgesproken op 5 juni 2024.