Uitspraak
2.De feiten
- [minderjarige] verblijft in de oneven week van vrijdag tot dinsdag bij de man;
- [minderjarige] wordt op vrijdag om 18:00 uur opgehaald door de man bij de opvang;
- zodra [minderjarige] in [woonplaats 1] verblijft of op school zit is de vrouw verantwoordelijk om [minderjarige] op vrijdagavond om 18:00 uur naar vader te brengen;
- De man brengt [minderjarige] op dinsdagochtend naar de opvang, de vrouw of naar school;
- voor de extra kilometers die de man door de verhuizing van de vrouw naar [woonplaats 1] moet maken voor het halen/brengen van [minderjarige] ontvangt de man een compensatie van € 23,76 per maand, die verrekend wordt met de kinderalimentatie;
- [minderjarige] verblijft de helft van de vakanties bij de man en de andere helft bij de vrouw.
3.De verzoeken
4.De beoordeling
dinsdagochtend naar eens in de twee weken van vrijdag 18:00 uur tot
maandagochtend 7:30 uur, waarbij de moeder [minderjarige] op vrijdag naar de man brengt en de man [minderjarige] op maandagmorgen bij naar de moeder brengt.
pro formaaanhouden tot
12 november 2024. Gezien het feit dat [minderjarige] nu al lange tijd geen contact heeft met zijn vader verzoekt de rechtbank de raad het onderzoek zo spoedig mogelijk te starten en zijn rapport in elk geval tijdig vóór de pro forma datum (12 november 2024) aan de rechtbank en de advocaten van partijen toe te zenden.
- het aandeel van de man bedraagt: € 517 / € 822 x € 523 = € 329,=
- het aandeel van de vrouw bedraagt: € 305 / € 822 x € 523 = € 194,=
5.De beslissing
pro forma datum 12 november 2024bij de rechtbank in te dienen en gelijktijdig een afschrift daarvan te verstrekken aan (de advocaten van) partijen;
pro forma datum 12 november 2024;
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.