Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
3.Het verzoek
4.De standpunten
5.De beoordeling
De situatie van de moeder en de zorgen over haar mentale toestand en alcoholgebruik zijn de afgelopen jaren, ondanks de hulp die de moeder in het gedwongen kader is aangereikt, voor zover bekend onveranderd gebleven. De moeder moet het zich aantrekken dat zij er met haar gedrag en opstelling voor zorgt dat de ontwikkelingsbedreiging van de minderjarigen in stand wordt gehouden. De kinderrechter vindt het daarnaast zorgelijk dat de moeder regelmatig niet meewerkt aan het verlenen van toestemming voor bijvoorbeeld bezoeken aan de huisarts en tandarts van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] of het verrichten van onderzoek voor de minderjarigen. Het is de kinderrechter dan ook gebleken dat de moeder niet in staat is om de ontwikkelingsbedreiging [minderjarige 1] en [minderjarige 2] zelfstandig weg te nemen. Daarom blijft het noodzakelijk dat de regie in het gedwongen kader wordt voorgezet. De kinderrechter sluit zich gelet op het voorgaande aan bij de in het verzoekschrift geformuleerde doelen van de ondertoezichtstelling. Hij acht het bovendien in het belang van de minderjarigen dat de Raad onderzoek gaat doen naar een gezagsbeëindigende maatregel.