Uitspraak
1.De procedure
- productie 21 en 22 van de zijde van Hlprs.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, vordert eiser, die als huishoudelijk hulp werkt via het platform Hlprs, schadevergoeding van Hlprs. Eiser stelt dat Hlprs onrechtmatig heeft gehandeld door klanten te beïnvloeden om hun overeenkomsten met hem op te zeggen, wat resulteerde in een verlies van inkomen. De procedure begon met een tussenvonnis op 8 november 2023 en een mondelinge behandeling op 22 april 2024, waarbij eiser niet verscheen. De kantonrechter oordeelt dat Hlprs niet onrechtmatig heeft gehandeld, omdat zij slechts als platform fungeert en geen partij is in de overeenkomsten tussen eiser en de klanten. De kantonrechter wijst de vorderingen van eiser af, omdat hij niet heeft aangetoond dat er sprake was van onrechtmatig handelen of dat er een causaal verband was tussen de gestelde schade en de gedragingen van Hlprs. Eiser wordt veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 947,00, te vermeerderen met wettelijke rente indien niet tijdig betaald.