ECLI:NL:RBZWB:2024:4305

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
7 juni 2024
Publicatiedatum
24 juni 2024
Zaaknummer
C/02/423045 / FA RK 24/2532
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • Borm
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot voortzetting van crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 7 juni 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de voortzetting van een crisismaatregel. De officier van justitie had op 4 juni 2024 een verzoek ingediend tot verlenging van de op 3 juni 2024 opgelegde crisismaatregel, zoals bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De rechtbank heeft de mondelinge behandeling van het verzoek op dezelfde dag gehouden, waarbij verschillende betrokkenen, waaronder de betrokkene en haar advocaat, aanwezig waren. De rechtbank heeft ook een verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging behandeld, dat gelijktijdig met het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel werd behandeld.

Tijdens de zitting is vastgesteld dat de zorgmachtiging is toegewezen, waardoor er reeds in een maatregel is voorzien die het ernstig nadeel afwendt. Gezien deze toewijzing was er geen grond meer voor het toewijzen van het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel. De rechtbank heeft daarom het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel afgewezen. De beschikking is mondeling gegeven door rechter Borm en in het openbaar uitgesproken, met de griffier mr. Verplanke aanwezig. De schriftelijke uitwerking van de beschikking is op 21 juni 2024 ondertekend.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team Familie- en Jeugdrecht
Locatie Breda
Zaaknummer: C/02/423045 / FA RK 24/2532
Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel
Beschikking van 7 juni 2024van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot verlenging van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedag] 1947 te [plaats 1] ,
wonende te [woonadres] ,
thans verblijvende in de accommodatie GGZ WNB te [plaats 2] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. C.E.J.E. Kouijzer te Middelburg.

1.Procesverloop

1.1
Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift van 4 juni 2024, ingekomen ter griffie op 4 juni 2024, waarin de officier van justitie heeft verzocht om voortzetting van de op 3 juni 2024 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- een afschrift van de beschikking van de burgemeester van de gemeente Goes tot het nemen van de crisismaatregel van 3 juni 2024;
- een episode journaal van 3 juni 2024;
- de medische verklaring van 3 juni 2024;
- een afschrift van de justitiële documentatie waarin betrokkene niet voorkomt;
- een e-mail bericht betreffende een brief van 6 juni 2024 van mw. [naam 1] ;
- een e-mail bericht betreffende de overplaatsing van betrokkene naar GGZ WNB van 4 juni 2024.
1.2
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 7 juni 2024, in de hierboven genoemde accommodatie. Gelijktijdig is het verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging (zaaknummer: C/02/422688 / FA RK 24/2361) behandeld.
1.3
Tijdens de mondelinge behandeling waren aanwezig en heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
- dhr. [naam 2] , zorgverantwoordelijke;
- mw. [naam 1] , schoondochter van betrokkene;
- mw. [naam 3] , begeleider;
- mw. [naam 4] , verpleegkundige.
1.4
De officier van justitie is zoals hij reeds aangaf in zijn verzoek niet op de mondelinge behandeling verschenen en dus ook niet gehoord.

2.Beoordeling

2.1
Op 7 juni 2024 heeft de rechtbank ter zitting het verzoek tot het verlenen van een voortzetting van de crisismaatregel behandeld. Ter zitting is tevens het verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging (zaaknummer: C/02/422688 / FA RK 24/236) behandeld. De rechtbank heeft de zorgmachtiging toegewezen. Nu hiermee reeds is voorzien in een maatregel ter afwending van het ernstig nadeel, is er geen grond meer voor toewijzing van het verzoek tot voorzetting van de crisismaatregel, zodat dit verzoek zal worden afgewezen.

3.Beslissing

De rechtbank:
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is mondeling gegeven door mr. Borm, rechter, en in het openbaar uitgesproken op 7 juni 2024 in tegenwoordigheid van mr. Verplanke, griffier, en op 21 juni 2024 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.