In deze civiele procedure, behandeld door de Kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, vorderde Infomedics B.V. betaling van een factuur van € 21,94, vermeerderd met buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke rente, van gedaagde. De factuur was gerelateerd aan een tandartsbehandeling die gedaagde had ondergaan. Infomedics stelde dat gedaagde de factuur niet had betaald ondanks meerdere aanmaningen. Gedaagde voerde verweer en betwistte de verschuldigdheid van de kosten, en stelde dat zij betalingen had verricht na ontvangst van de dagvaarding. De Kantonrechter oordeelde dat gedaagde de factuur weliswaar had ontvangen, maar dat de vordering tot betaling van de buitengerechtelijke kosten werd afgewezen omdat Infomedics niet kon aantonen dat de veertiendagenbrief correct was verzonden. De wettelijke rente tot 29 februari 2024 werd toegewezen, maar de overige vorderingen van Infomedics werden afgewezen. De proceskosten werden gecompenseerd, omdat niet vaststond dat gedaagde voorafgaand aan de dagvaarding was aangemaand. Het vonnis werd uitgesproken op 3 juli 2024.