In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 12 juli 2024 uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende levensonderhoud. De vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. E.C.A.E. Verschuren, verzoekt een wijziging van de alimentatie die de man, vertegenwoordigd door advocaat mr. M. Czarnota, aan haar en hun minderjarige kind moet betalen. De vrouw stelt dat de man sinds 11 juli 2013 een maandelijkse bijdrage van € 200,00 verschuldigd is voor de verzorging en opvoeding van hun kind, maar dat deze bijdrage niet is betaald. De man betwist de overeenkomst en heeft verweer gevoerd, waarbij hij een lagere alimentatie heeft verzocht.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de man sinds 11 februari 2020 onder de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP) valt, die op 24 maart 2023 is beëindigd. De vrouw heeft aangevoerd dat de omstandigheden zijn gewijzigd en dat de alimentatie moet worden aangepast. De rechtbank heeft de ingangsdatum van de wijziging van de alimentatie vastgesteld op de datum van beëindiging van de WSNP, en de alimentatie voor de periode van 24 maart 2023 tot en met 31 maart 2023 vastgesteld op € 42,00, met een maandelijkse bijdrage van € 250,00 vanaf 1 april 2023 en € 321,00 vanaf 1 januari 2024. De proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt.