ECLI:NL:RBZWB:2024:4854
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een verzoek om voorlopige voorziening in belastingzaken met betrekking tot beslag op salaris
Op 24 juni 2024 heeft verzoekster een verzoek om een voorlopige voorziening ingediend bij de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, met zaaknummers BRE 24/5234 en 24/5235. Verzoekster vraagt de voorzieningenrechter om het beslag op haar salaris op te heffen en een betalingsregeling voor openstaande belastingaanslagen te treffen. De voorzieningenrechter heeft de bevoegdheid om een voorlopige voorziening te treffen, mits er een bezwaar- of beroepsprocedure loopt tegen hetzelfde besluit en er sprake is van onverwijlde spoed.
De ontvanger van Belastingsamenwerking West-Brabant heeft een dwangbevel gestuurd en beslag gelegd op het salaris van verzoekster om openstaande belastingaanslagen te innen. De voorzieningenrechter oordeelt dat hij niet bevoegd is om te oordelen over de beslissingen van de ontvanger met betrekking tot de invordering van belastingaanslagen. Verzoekster kan enkel een vordering instellen bij de civiele rechter tegen deze beslissingen.
De voorzieningenrechter verklaart zich kennelijk onbevoegd en heeft geen aanleiding gezien om het verzoekschrift door te sturen naar de civiele rechter. De rechtbank beschikt over onvoldoende informatie om te beoordelen of vertegenwoordiging door een advocaat verplicht is in dit geval. De beslissing van de rechtbank is dat zij zich onbevoegd verklaart, en tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep open.