Op 19 juni 2024 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak betreffende de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, geboren in 2021. De zaak betreft de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering, die verzocht om verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige in een pleeggezin. De ouders van de minderjarige zijn belast met het ouderlijk gezag, maar de minderjarige verblijft momenteel in een pleeggezin. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders zich niet aan de voorwaarden voor het ouder-kind traject hebben gehouden, wat heeft geleid tot de beëindiging van dit traject door de betrokken instelling. De moeder heeft contact gehad met de vader, wat in strijd is met een contactverbod dat door de rechtbank is opgelegd. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de veiligheid van de minderjarige niet kan worden gewaarborgd bij de ouders en heeft daarom de machtiging tot uithuisplaatsing verlengd voor de duur van drie maanden, tot 24 september 2024. De kinderrechter heeft de GI verzocht om uiterlijk 2 september 2024 een verslag over de actuele stand van zaken aan de rechtbank en de advocaten van de ouders toe te sturen. De zaak wordt op een later moment opnieuw behandeld.