Uitspraak
1.Het verloop van het geding
2.Het verzoek
3.De beoordeling
4.De beslissing
mr. [naam 3] RT RVGME,
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 2 juli 2024 een beschikking gegeven naar aanleiding van een verzoek ex artikel 7:304 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek. Het verzoek is ingediend door Maatschap [verzoeker], die een bedrijfsruimte verhuurt aan [verweerder] V.O.F. De verzoeker stelt dat de huidige huurprijs van € 20.881,74 per jaar lager is dan het gemiddelde van vergelijkbare huurprijzen in de afgelopen vijf jaar. Na een deskundigenrapport heeft de verzoeker een voorstel gedaan voor een hogere huurprijs, maar er is geen overeenstemming bereikt met de verwerende partij. De kantonrechter heeft besloten om een deskundige te benoemen, mr. [naam 3], om de huurprijs te onderzoeken en advies uit te brengen. De kosten van de deskundige komen voor rekening van de verzoeker, en beide partijen dragen hun eigen proceskosten. De beschikking benadrukt dat de dag van indiening van het verzoekschrift, 2 februari 2024, geldt als de datum waarop de vordering tot nadere vaststelling van de huurprijs is ingesteld.