Uitspraak
[bewindvoerder], zaakdoende in Eindhoven, in de hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen die (zullen) toebehoren aan
[rechthebbende],
1.De verdere procedure
[rechthebbende] ;
2.De feiten
Aanvankelijk met [naam] als verhuurder/eigenaar en sinds 2020 met [eiser] als verhuurder/eigenaar. De maandelijkse huur is bij vooruitbetaling verschuldigd en bedraagt op het moment van dagvaarding € 962,92.
3.De vordering en het verweer
4.De beoordeling
€ 4.056,28 bedraagt.
€ 62,34 + € 516,37) zal worden toegewezen.
allerlaatste kans(onderstreping kantonrechter) moet krijgen. De kantonrechter zal de huurovereenkomst voorwaardelijk ontbinden zoals in de beslissing is bepaald. [rechthebbende] moet zich daarbij goed realiseren dat het niet nakomen van de daar genoemde voorwaarde (kort samengevat stipte betaling van de lopende maandhuur) door hem automatisch met zich meebrengt dat hij zijn woning dan alsnog zal moeten ontruimen.
5.De beslissing
indien en zodra aan de volgende voorwaarde wordt voldaan: