Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[betrokkene]
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 2 juli 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. Betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen voor het rijden van 17 km per uur boven de toegestane snelheid op de N57 Serooskerkseweg te Serooskerke op 8 augustus 2022. Betrokkene heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep had verklaard. Tijdens de zitting op 2 juli 2024 was de betrokkene en zijn gemachtigde, mr. I.N.D.J. Rissema, niet aanwezig. De officier van justitie werd vertegenwoordigd door mr. A. de Vreeze.
De kantonrechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de gedraging voldoende is aangetoond door de verklaring van de verbalisant. De kantonrechter oordeelde dat de enkele ontkenning van de gedraging door de gemachtigde geen aanleiding gaf om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant. De boete werd daarom terecht opgelegd en het beroep werd ongegrond verklaard. Tevens werd het verzoek om proceskostenvergoeding afgewezen. De uitspraak werd openbaar gedaan door de kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en de betrokkene werd geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.