ECLI:NL:RBZWB:2024:5989

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
26 augustus 2024
Publicatiedatum
27 augustus 2024
Zaaknummer
11241384 OV VERZ 24-3498 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
  • mr. Van den Boom
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot vaststelling loon executeur in nalatenschap met testamentaire bepaling

In deze beschikking van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, uitgesproken op 26 augustus 2024, is een verzoek behandeld van de executeur van de nalatenschap van een erflaatster die op 2024 in Griekenland is overleden. De erflaatster had in haar testament bepaald dat aan de executeur geen loon toekomt, maar de executeur, die momenteel in Frankrijk woont, heeft verzocht om een andere beloning te regelen op basis van onvoorziene omstandigheden. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van onvoorziene omstandigheden, nu de executeur voornemens is om een notaris in haar plaats te stellen als executeur. De kantonrechter heeft het verzoek voorwaardelijk toegewezen, waarbij enkel de professionele executeur, in dit geval de notaris, recht heeft op loon. De kantonrechter heeft daarbij de "Recofa-richtlijnen voor faillissementen en surseance van betaling" als uitgangspunt genomen voor de vaststelling van het loon. De beschikking is gegeven door mr. Van den Boom en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster I Civiele kantonzaken
Bergen op Zoom
zaak/rolnr.: 11241384 OV VERZ 24-3498
beschikking van de kantonrechter van 26 augustus 2024
ingediend door:
[executeur],
in de hoedanigheid van executeur,
hierna te noemen: [executeur] ,
in de nalatenschap van:
[erflaatster]
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1948,
laatstelijk gewoond hebbende te [woonplaats] ,
overleden te [plaats 1] ( Griekenland ) op [datum] 2024,
hierna te noemen: erflaatster.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Ter griffie werd op 31 juli 2024 een verzoekschrift ontvangen inzake de nalatenschap van voornoemde erflaatster. Het verzoek is voorzien van een kopie van de testamenten van erflaatster. Het verzoekschrift is ingediend via het notariskantoor van mr. [notaris] .

2.De feiten

2.1.
Bij testament van 12 mei 2015 heeft erflaatster [executeur] tot executeur benoemd. In het testament is bepaald dat aan de executeur geen loon toekomt en dat op grond van onvoorziene omstandigheden de kantonrechter een andere beloning kan regelen. Erflaatster heeft tevens bepaald dat aan de executeur de bevoegdheid wordt toegekend een of meer andere executeurs aan zich toe te voegen of in zijn plaats te stellen.
2.2.
[executeur] is voornemens mr. [notaris] , notaris te [plaats 2] , voor haar in de plaats te stellen als executeur in de nalatenschap van erflaatster.

3.Het verzoek

3.1.
[executeur] heeft de kantonrechter – kort samengevat – verzocht om de beloning anders te regelen op grond van het bepaalde in artikel 4:144 lid 3 en artikel 4:159 lid 2 en 3 BW, op grond van onvoorziene omstandigheden.
3.2.
[executeur] legt aan het verzoek het volgende ten grondslag. [executeur] is thans woonachtig in Frankrijk. De dochter van erflaatster is bij testament uitgesloten. Aan de ouders van [executeur] is een recht van gebruik en bewoning toegekend. Er was geen contact tussen de erfgenamen en erflaatster alsmede [executeur] . De nalatenschap bestaat uit een woning vrij van hypotheek, een positief banksaldo en een nog uit te keren verzekering.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter kan op grond van onvoorziene omstandigheden de beloning voor een executeur verhogen of verlagen, voor bepaalde of voor onbepaalde tijd. De kantonrechter wijkt dan af van hetgeen in de uiterste wil is bepaald of van de door de wet toegekende beloning. De vraag of er sprake is van onvoorziene omstandigheden wordt beoordeeld met inachtneming van artikel 6:258 BW. Van belang is van welke omstandigheden de erflaatster bij de benoeming van de executeur is uitgegaan en of zij, al dan niet stilzwijgend, met de mogelijkheid van het optreden van onvoorziene omstandigheden rekening heeft gehouden.
4.2.
Vast staat dat erflaatster bij testament heeft bepaald dat de executeur geen loon toekomt. Aannemelijk is dat erflaatster bij het vastleggen van die bepaling er in beginsel vanuit is gegaan dat de door haar benoemde executeur, [executeur] , als executeur zou blijven fungeren, ondanks de mogelijkheid in het testament om een of meer andere executeurs aan zich toe te voegen of in de plaats te stellen.
4.3.
De kantonrechter is van oordeel dat in voldoende mate aannemelijk heeft gemaakt dat er sprake is van onvoorziene omstandigheden als bedoeld in artikel 4:144 lid 3 BW jo. artikel 4:159 lid 2 en 3 BW, nu [executeur] voornemens is om mr. [notaris] als executeur in haar plaats te stellen. Het verzoek en de gegeven toelichting geven daarvoor voldoende aanleiding. Wel zal het verzoek voorwaardelijk worden toegekend, in die zin dat aan [executeur] als executeur geen loon toekomt, maar slechts aan mr. [notaris] althans aan zijn kantoorgenoten als in de plaats gestelde professionele executeurs.
4.4.
Bij de vaststelling van het loon van de executeur hanteert de kantonrechter in beginsel de “Recofa-richtlijnen voor faillissementen en surseance van betaling”. De kantonrechter ziet geen aanleiding om in dit geval van dit uitgangspunt af te wijken.

5.De beslissing

De kantonrechter:
bepaalt dat het loon van mr. [notaris] , althans zijn kantoorgenoten, als in de plaats gestelde executeur conform de “Recofa-richtlijnen voor faillissementen en surseance van betaling” wordt vastgesteld.
Deze beschikking is gegeven door mr. Van den Boom, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 26 augustus 2024, in tegenwoordigheid van de griffier.