ECLI:NL:RBZWB:2024:5992
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onbevoegdheid van de rechtbank in bestuursrechtelijke zaak betreffende gegevensoverdracht woningcorporatie
Op 27 augustus 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak met zaaknummer BRE 24/5402. Eiser, woonachtig in [plaats], heeft beroep ingesteld tegen Beveland Wonen en AGIN gerechtsdeurwaarders/ incassospecialisten, omdat hij problemen ondervond met de woningcorporatie. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat zij onbevoegd is om van het beroepschrift kennis te nemen. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dat de rechtbank in staat stelt om zonder zitting uitspraak te doen wanneer zij kennelijk onbevoegd is.
De rechtbank heeft in haar overwegingen uiteengezet dat er geen sprake is van een besluit in de zin van de Awb. Eiser stelde dat de woningcorporatie en AGIN onterecht zijn overgegaan tot de overdracht van gegevens van het automatische banksysteem en klantgegevens aan een incassobureau. De rechtbank concludeerde dat er geen schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan is genomen die voldoet aan de voorwaarden voor een besluit, zoals gedefinieerd in artikel 1:3 van de Awb. Er zijn geen documenten overgelegd die de publiekrechtelijke rechtshandeling bevestigen die vereist is voor een besluit met rechtsgevolgen.
De rechtbank merkte op dat, hoewel in een eerdere brief onterecht was vermeld dat het cluster bestuursrecht bevoegd was, dit niet het geval was. De rechtbank kan het beroep niet doorzenden naar de civiele rechter, omdat de procedures bij de civiele rechter anders worden ingeleid. Uiteindelijk heeft de rechtbank zich onbevoegd verklaard en deze uitspraak is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Partijen zijn geïnformeerd over hun recht om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.