Op 9 juli 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een beschikking gegeven in een zaak betreffende de Raad voor de Kinderbescherming Regio Gelderland en een minderjarige. De kinderrechter heeft in deze beschikking een kennelijke vergissing geconstateerd die eenvoudig te herstellen is. In de laatste rechtsoverweging werd vermeld dat de beslissing uitvoerbaar bij voorraad was, maar deze clausule ontbrak in het dictum van de beschikking. Dit was een vergissing, aangezien de kinderrechter deze uitvoerbaarheid bij voorraad mondeling had benoemd.
De rechtbank heeft daarom besloten om de beschikking van 9 juli 2024 te verbeteren. Het dictum van de beschikking is aangevuld met de verklaring dat de beslissingen inzake de ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing uitvoerbaar bij voorraad zijn. Dit herstel is van belang voor de ontwikkeling van de minderjarige, zodat de beslissing onmiddellijk kan worden uitgevoerd, zelfs als er hoger beroep wordt ingesteld.
De beschikking is openbaar uitgesproken op 16 juli 2024 door mr. Van Leuven, in aanwezigheid van de griffier. Indien er hoger beroep tegen deze beschikking mogelijk is, kan dit worden ingesteld door tussenkomst van een advocaat bij het gerechtshof 's-Hertogenbosch. De verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt, hebben drie maanden de tijd om hoger beroep in te stellen.