ECLI:NL:RBZWB:2024:6304

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
10 september 2024
Publicatiedatum
12 september 2024
Zaaknummer
24-013717
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Rechters
  • R.H.J. de Brouwer
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Klaagschrift teruggave laptop na inbeslagname in strafzaak

Op 10 september 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een klaagschrift op grond van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv). Klaagster, vertegenwoordigd door haar raadsvrouw mr. N. Stolk, verzocht om teruggave van een laptop die in beslag was genomen in een strafzaak tegen een derde partij. Klaagster stelde dat de laptop haar toebehoorde en dat zij deze onder dwang niet terugkreeg van de derde partij, die haar onder bedreiging met een vuurwapen had verteld dat zij de laptop niet terug zou krijgen. Ondanks meerdere verzoeken en een aangifte, ontving klaagster de laptop niet terug.

De officier van justitie stelde echter dat er al in februari 2023 een beslissing was genomen tot teruggave van de laptop aan de derde partij, en dat deze ook daadwerkelijk was teruggegeven. De raadsvrouw van klaagster betwistte dit en gaf aan niet op de hoogte te zijn gesteld van deze beslissing, ondanks eerdere klachten en contactmomenten met het Openbaar Ministerie. Klaagster, die zelfstandig ondernemer is in de zorg, benadrukte dat de laptop persoonlijke en vertrouwelijke cliëntinformatie bevatte.

De rechtbank oordeelde dat het klaagschrift tijdig was ingediend, maar dat het beslag op de laptop al in februari 2024 was geëindigd door de teruggave aan de derde partij. Daarom verklaarde de rechtbank klaagster niet-ontvankelijk in haar beklag. De beslissing werd genomen door mr. R.H.J. de Brouwer, in aanwezigheid van griffier J. van ‘t Westende, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde dag.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Strafrecht
Zittingsplaats Breda
parketnummer: 02/173491-23
rk.nummer: 24-013717
beslissing van de enkelvoudige raadkamer op het beklag op grond van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van:
[klaagster]woonplaats kiezende ten kantore van mr. N. Stolk, Stieltjesstraat 116, 3071 JX Rotterdam
hierna te noemen: klaagster.

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende stukken:
  • het klaagschrift op grond van artikel 552a Sv, ingediend op 3 juni 2024 ter griffie van deze rechtbank;
  • de kennisgeving van inbeslagneming op grond van artikel 94 Sv, waaruit blijkt dat op 9 december 2023 in het strafvorderlijk onderzoek tegen [naam] in beslag is genomen: een laptop van het merk Acer;
  • de overige stukken uit het bijbehorende raadkamerdossier met voornoemd raadkamernummer.
Op 27 augustus 2024 heeft het onderzoek door de raadkamer plaatsgevonden. Hierbij zijn de officier van justitie, klaagster en de gemachtigd raadsvrouw van klaagster mr. N. Stolk gehoord.
De belanghebbende is behoorlijk opgeroepen, maar niet bij de behandeling van het klaagschrift verschenen.
Namens klaagster wordt aangevoerd dat er in de strafzaak tegen [naam] een laptop in beslag is genomen die aan klaagster toebehoort. Klaagster wilde deze laptop al eerder ophalen bij [naam]. Maar toen klaagster deze laptop terug wilde hebben werd haar onder dreiging van een vuurwapen door [naam] verteld dat zij de laptop niet terug kreeg. Klaagster heeft meerdere malen verzocht tot teruggave van deze laptop en heeft daartoe zelfs aangifte gedaan. Desondanks kreeg klaagster de laptop niet terug terwijl zij als enige redelijkerwijs rechthebbende over de laptop is aan te merken. Redenen waarom klaagster zich tot de rechtbank wendt om te verzoeken haar klaagschrift gegrond te verklaren onder teruggave van haar laptop.
De officier van justitie heeft zich in raadkamer op het standpunt gesteld dat klaagster niet-ontvankelijk is in haar beklag, nu er reeds in februari 2023 een beslissing tot teruggave van de laptop is gegeven aan [naam]. De laptop is ook daadwerkelijk teruggeven.
De raadsvrouw heeft in raadkamer gezegd nimmer op de hoogte te zijn gebracht van de last tot teruggave aan belanghebbende, ondanks een klacht en meerdere contactmomenten met het Openbaar Ministerie. Klaagster is zelfstandige zonder personeel in de zorg en de laptop staat gevuld met persoonlijke en cliëntvertrouwelijke informatie.

2.De beoordeling

De raadkamer van de rechtbank is bevoegd tot afdoening van het klaagschrift.
Het klaagschrift is tijdig ingediend.
Uit de nadere toelichting van de officier van justitie in raadkamer begrijpt de rechtbank dat er in februari 2023 is beslist tot teruggave van de laptop aan beslagene [naam] en dat de laptop (inmiddels) ook daadwerkelijk is teruggeven. Daarmee is het beslag geëindigd al in februari 2024. De rechtbank zal klaagster niet-ontvankelijk verklaren in haar beklag.

3.De beslissing

De rechtbank:
verklaart klaagster niet-ontvankelijk in het beklag.
Deze beslissing is op 10 september 2024 genomen door mr. R.H.J. de Brouwer rechter, in tegenwoordigheid van J. van ‘t Westende, griffier, en is uitgesproken op de openbare zitting van 10 september 2024.
INFORMATIE RECHTSMIDDEL
Tegen deze beslissing kan door het Openbaar Ministerie binnen veertien dagen na dagtekening van deze beslissing en door de klager binnen veertien dagen na de betekening van deze beslissing
beroep in cassatieworden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden te 's-Gravenhage (artikel 552d lid 2 Wetboek van Strafvordering).