ECLI:NL:RBZWB:2024:6401
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Rekestprocedure
- M. de Beer
- Rechtspraak.nl
Wijziging zorgregeling in het belang van minderjarige
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 13 september 2024 uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende de wijziging van een zorgregeling. De zaak betreft een vrouw en een man die een affectieve relatie hebben gehad en samen een minderjarig kind hebben, geboren in 2018. De vrouw woont in [woonplaats 1] en de man in [woonplaats 2]. De rechtbank heeft eerder, op 11 juli 2021, een zorgregeling vastgesteld waarbij het kind één dag per week bij de man verbleef. Beide partijen hebben nu overeenstemming bereikt over een wijziging van deze zorgregeling en hebben de rechtbank verzocht om deze wijziging vast te leggen.
De rechtbank heeft de verzoeken van beide partijen beoordeeld en vastgesteld dat de belangen van het minderjarige kind niet in de weg staan van de gevraagde wijziging. De nieuwe zorgregeling houdt in dat het kind bij de vader verblijft op specifieke dagen en tijdens vakanties, met inachtneming van de schooldagen en de woonplaats van de vader. De rechtbank heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, zodat de wijziging van de zorgregeling direct kan ingaan, ook in het geval van een hoger beroep.
De uitspraak is gedaan door rechter M. de Beer, die tevens kinderrechter is, en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van griffier mr. De Haas. De beschikking kan door belanghebbenden worden aangevochten binnen drie maanden na de uitspraak.