In deze zaak heeft de kinderrechter op 15 augustus 2024 uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende de verlening van een machtiging voor gesloten jeugdhulp voor een minderjarige met een langdurig en complex verleden binnen de hulpverlening. De minderjarige vertoonde herhaaldelijk agressief en dreigend gedrag, ontweek schoolverplichtingen en had onwenselijk gedrag richting zijn vader. Hij onttrok zich regelmatig aan het gezag van zijn vader en was betrokken bij ernstige strafbare feiten. Diagnostisch onderzoek wees uit dat de minderjarige kampt met hechtingsproblemen en trauma, wat leidde tot een sterke lijdensdruk door vele uithuisplaatsingen. De kinderrechter oordeelde dat een veilige en gestructureerde omgeving essentieel is voor het starten van behandelingen en verleende daarom de machtiging voor een gesloten accommodatie voor jeugdhulp voor de periode van 19 augustus 2024 tot 25 oktober 2024. De kinderrechter overwoog dat de uitkomsten van een onderzoek door het NIFP op korte termijn worden verwacht, wat meer inzicht zal geven in de benodigde behandelingen voor de minderjarige. De kinderrechter wees het verzoek van de gecertificeerde instelling af voor het overige, maar benadrukte dat de gesloten plaatsing niet langer mag duren dan strikt noodzakelijk. De minderjarige had recent positieve stappen gezet, zoals het verblijven bij zijn vader in het weekend en het zelfstandig bijwonen van de mondelinge behandeling.