ECLI:NL:RBZWB:2024:6451
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Bodemzaak
- mr. Karsten-Badal
- Rechtspraak.nl
Vordering tot herstel van gebreken aan gehuurde onroerend goed afgewezen wegens beroep op opschorting
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, heeft de Stichting [eiser] een vordering ingesteld tegen de Stichting Leystromen. De vordering betreft herstel van gebreken aan een zorgcomplex dat door [eiser] wordt gehuurd van Leystromen. De procedure is gestart na een eerdere uitspraak van de kantonrechter op 30 augustus 2023, waarin Leystromen werd toegewezen in haar vorderingen tegen [eiser] wegens niet-betaalde onderhoudskosten. De kantonrechter heeft op 18 september 2024 geoordeeld dat de vorderingen van [eiser] tot herstel van gebreken, uitvoering van onderhoud, gedeeltelijke ontbinding van de huurovereenkomst, schadevergoeding en kosten tot vaststelling van schade en aansprakelijkheid niet toewijsbaar zijn. De rechter oordeelde dat Leystromen zich terecht op opschorting beroept, omdat [eiser] haar verplichtingen niet nakwam door de NZa-vergoedingen niet volledig door te betalen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er onvoldoende bewijs is dat de gebreken een gevaarlijke situatie opleveren die onmiddellijke actie vereisen. De vorderingen zijn afgewezen, en [eiser] is veroordeeld in de proceskosten van Leystromen, die zijn begroot op € 2.852,50.