[rechthebbende 1] en [rechthebbende 2] huren vanaf 1 oktober 2019 de woning aan het [adres];
in de huurovereenkomst en uit de artikelen 7.3 en 7.6 van de algemene huurvoorwaarden die van toepassing zijn volgt dat huurder het gehuurde zal gebruiken en onderhouden zoals het een goed huurder betaamt en dat huurder er zorg voor dient te dragen dat aan omwonenden geen overlast of hinder wordt veroorzaakt;
omdat [rechthebbende 1] en [rechthebbende 2] een huurachterstand hadden laten ontstaan heeft Leystromen bij dagvaarding van 19 september 2023 ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde en betaling van de huurachterstand gevorderd, met bijkomende kosten;
op 4 oktober 2023 is een verstekvonnis gewezen, omdat [rechthebbende 1] en [rechthebbende 2] niet zijn verschenen, waarbij de vorderingen zijn toegewezen. Leystromen heeft een ontruimingsdatum ingepland tegen 14 november 2023;
bij beschikking van 31 oktober 2023 zijn de goederen van [rechthebbende 1] en [rechthebbende 2] onder bewind gesteld vanaf 1 november 2023;
op 8 november 2023 hebben [rechthebbende 1] en [rechthebbende 2] verzoekschriften ingediend als bedoeld in artikel 287b en 284 Fw;
bij beschikking van 8 november 2023 is het Leystromen verboden om de woning te ontruimen totdat onherroepelijk op het verzoek zou zijn beslist;
bij vonnis van 11 december 2023 is artikel 305 Fw van toepassing verklaard op de tussen partijen gesloten huurovereenkomst en is het Leystromen verboden om tot ontruiming van de woning over te gaan voor de duur van zes maanden, tot
vanaf mei 2023 heeft Leystromen van de beide directe buren met regelmaat klachten ontvangen over overlast veroorzaakt door [rechthebbende 1] en [rechthebbende 2] . De overlast bestaat uit: geluidsoverlast (geschreeuw, gehuil, lawaai, dingen gooien, muziek, gebonk), het over de schutting bij de buren in de achtertuin gooien van talloze zaken, verloedering van de woonomgeving door onder andere het spuiten van graffiti in de brandgang en het vernielen van een boom vlakbij de woning;
Leystromen heeft naar aanleiding van de klachten op 15 mei 2023, 12 juni 2023,
Leystromen is klachten van omwonenden blijven ontvangen over [rechthebbende 1] en Koran. In de periode van 18 november tot en met 2 december 2023 volgt uit het door bewoners van nummer 14 bijgehouden logboek dat overlast wordt ervaren bestaande uit: geschreeuw, gehuil, ander lawaai, harde muziek, het slaan van kinderen en andere overlast;
Bij brief van 1 december 2023 heeft Leystromen [rechthebbende 1] en [rechthebbende 2] in de gelegenheid gesteld om een ontruimingsprocedure te voorkomen door zich bereid te verklaren de woning vóór 1 februari 2024 te verlaten en te ontruimen. [rechthebbende 1] en [rechthebbende 2] hebben bij brief van 14 december 2023 kenbaar gemaakt dat zij in de woning zullen blijven wonen en dat Leystromen gelet op het moratorium niet gerechtigd is om ontruiming te verlangen.