ECLI:NL:RBZWB:2024:6534

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
17 september 2024
Publicatiedatum
25 september 2024
Zaaknummer
C-02-426354 _ HA RK 24-172
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Wraking
Rechters
  • M. Holierhoek
  • A. Kool
  • J. van Noort
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wraking verzoek niet-ontvankelijk verklaard na einduitspraak door rechter

Op 17 september 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, zitting houdende in de wrakingskamer, uitspraak gedaan op een wrakingsverzoek van een verzoeker in een strafzaak. Het verzoek tot wraking was ingediend tegen mr. Scheltema Beduin, de politierechter die de strafzaak van verzoeker behandelde. De verzoeker had op 9 september 2024 een einduitspraak ontvangen in zijn strafzaak, waarna hij enige tijd later per e-mail een wrakingsverzoek indiende. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat het verzoek niet tijdig was ingediend, aangezien de rechter op het moment van indienen van het verzoek geen zaak meer behandelde van verzoeker. Volgens artikel 512 van het Wetboek van Strafvordering kan een rechter alleen worden gewraakt zolang deze de zaak behandelt. De wrakingskamer heeft geconcludeerd dat het verzoeker niet-ontvankelijk verklaard moest worden, omdat de wet geen mogelijkheid biedt om een rechter te wraken na het beëindigen van de behandeling van de zaak. De beslissing is openbaar uitgesproken en de rechtbank heeft de mondelinge behandeling van het verzoek achterwege gelaten, conform het wrakingsprotocol van de rechtbank.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Wrakingskamer
Locatie Middelburg
zaaknummer / rekestnummer: C/02/426354 / HA RK 24-172
beslissing van 17 september 2024 op het wrakingsverzoek zoals bedoeld in artikel 512 van het Wetboek van Strafvordering van:
[verzoeker] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1993,
wonende te [woonadres] ,
verder te noemen verzoeker.

1.De procedure en het verzoek

Het verloop van de procedure blijkt onder meer uit de door de wrakingskamer op
9 september 2024 ontvangen e-mail van verzoeker. Hierin doet hij het verzoek tot wraking van mr. Scheltema Beduin (hierna: de rechter), die optredend als politierechter belast was met de behandeling van de strafzaak van verzoeker met parketnummer 02-070884-24. De rechter heeft op 9 september 2024 einduitspraak gedaan in voornoemde strafzaak.

2.De beoordeling

2.1
Op grond van artikel 512 Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv) kan op verzoek van een partij elk van de rechters die een zaak behandelen worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden. Op grond van artikel 513, eerste lid, Sv wordt het verzoek tot wraking gedaan, zodra de feiten of omstandigheden als hiervoor bedoeld aan de verzoeker bekend zijn geworden.
2.2
Voordat tot inhoudelijke behandeling van het verzoek kan worden overgegaan, dient
te worden beoordeeld of het wrakingsverzoek tijdig is gedaan. Het wrakingsverzoek moet zijn ingediend vóórdat de behandeling van de zaak door het wijzen van een einduitspraak is geëindigd. Dat betekent dat als een rechter met het doen van de einduitspraak is begonnen, er geen wrakingsverzoek meer kan worden ingediend. De wrakingskamer wijst in dit verband op artikel 1, vijfde lid van het wrakingsprotocol van deze rechtbank, dat luidt:
Het wrakingsverzoek moet worden gedaan zodra de in lid 4 bedoelde feiten of omstandigheden aan verzoeker bekend zijn geworden en voordat in de hoofdzaak een aanvang is gemaakt met het doen van de einduitspraak.
2.3
In dit geval heeft de rechter op 9 september 2024 aan het einde van de behandeling van de strafzaak meteen mondeling uitspraak gedaan. Vast staat dat verzoeker pas enige tijd nadat de mondelinge uitspraak door de rechter is gedaan, per e-mail een wrakingsverzoek heeft ingediend. De rechter behandelde ten tijde van het gedane wrakingsverzoek geen zaak meer van verzoeker. Gelet op het bepaalde in artikel 1, vijfde lid van het wrakingsprotocol van deze rechtbank is het verzoek daarom te laat gedaan. Deze omstandigheid moet ertoe leiden dat verzoeker niet in het wrakingsverzoek kan worden ontvangen. Wraking van een rechter is op grond van de wet alleen mogelijk zolang een zaak wordt behandeld door die rechter. De wetgever heeft niet voorzien in de mogelijkheid een rechter te wraken, wanneer deze de behandeling van de zaak heeft beëindigd door het geven van een eindbeslissing. Met die beslissing is iedere verdere bemoeienis van die rechter met de zaak geëindigd.
2.4
Omdat sprake is van niet-ontvankelijkheid laat de wrakingskamer een mondelinge
behandeling van het verzoek achterwege, overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, tweede
lid, sub d van het wrakingsprotocol van deze rechtbank.

3.De beslissing

De rechtbank:
verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn wrakingsverzoek.
Deze beslissing is gegeven op 17 september 2024 door mr. Holierhoek, mr. Kool en mr. Van Noort, in tegenwoordigheid van mr. Holtgrefe, griffier, en in het openbaar uitgesproken.