Uitspraak
STICHTING JEUGDBESCHERMING BRABANT,
1.Het verdere procesverloop
- de beschikking van 31 augustus 2023 en alle daarin genoemde stukken;
- het bericht van 2 januari 2024 van het loket van de samenwerkende gemeenten in de zorgregio West-Brabant-Oost, met als bijlage de eindrapportage van [zorgaanbieder] behorende bij het traject uniform hulpaanbod (UHA) van 12 december 2023;
- de brief van 3 januari 2024 van de Raad;
- het bericht van 22 januari 2024 van [zorgaanbieder] , met bijlage;
- de brief van 9 februari 2024 van de Raad;
- de brief van 27 maart 2024 van de Raad;
- het rapport en advies van 24 juni 2024 van de Raad, met bijlagen;
- de brief van 13 september 2024 van mr. Van Berckel-van der Rijken, houdende een wijziging c.q. aanvulling van het verzoek van de man.
- de vrouw, bijgestaan door mr. Essen;
- de man, bijgestaan door mr. Van Berckel-van der Rijken;
- twee vertegenwoordigsters namens de GI;
- een vertegenwoordigster namens de Raad.
2.De nadere beoordeling
3.De beslissing
voorlopig, totdat definitief zal zijn beslist, met onmiddellijke ingang steeds volgens een tweewekelijks schema gerechtigd zijn tot het hebben van contact met elkaar:
- eerst tweemaaleen weekend per veertien dagen van zaterdagochtend 10.00 uur tot zondagmiddag 17.00 uur, alsmede wekelijks op donderdag van 14.15 uur tot 18.00 uur;
- en vervolgenseen weekend per veertien dagen van zaterdagochtend 10.00 uur tot maandagochtend tot schooltijd, alsmede wekelijks op donderdag van 14.15 uur tot 18.00 uur;
- en tijdens de aankomende herfstvakantie 2024van maandagochtend 10.00 uur tot dinsdagmiddag 17.00 uur (en indien het reguliere contactmoment op donderdagmiddag in de herfstvakantie valt, ook op donderdag van 14.15 uur tot 18.00 uur),
[datum] 2025 PRO FORMA,in afwachting van het schriftelijk verslag van de GI, zoals hiervoor is overwogen in rechtsoverweging 2.16;
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.