Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
2.Verzoek
3.Standpunten
4.Beoordeling
5.Beslissing
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1960 te [geboorteplaats];
16 februari 2025.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 16 augustus 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant in Middelburg een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 1960. De officier van justitie had verzocht om een zorgmachtiging op basis van artikel 7:11 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), aansluitend op een crisismaatregel. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een bipolaire stoornis en momenteel manisch psychotisch is ontregeld. Dit leidt tot ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstige psychische schade. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de betrokkene aangegeven geen bezwaar te hebben tegen de zorgmachtiging, maar fluctueert haar bereidheid om zorg op vrijwillige basis te accepteren. De rechtbank oordeelt dat verplichte zorg noodzakelijk is, omdat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. De rechtbank verleent de zorgmachtiging voor de duur van zes maanden en bepaalt dat de volgende vormen van verplichte zorg kunnen worden getroffen: toediening van medicatie, medische controles, andere medische handelingen, beperking van de bewegingsvrijheid, toezicht, beperkingen in de vrijheid om het eigen leven in te richten, en opname in een accommodatie. De beschikking is mondeling gegeven door rechter M. van Eck en is op 30 augustus 2024 schriftelijk uitgewerkt.