ECLI:NL:RBZWB:2024:6758

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
5 augustus 2024
Publicatiedatum
4 oktober 2024
Zaaknummer
10932000 - MB VERZ 24-100
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen verkeersboete wegens snelheidsovertreding binnen bebouwde kom

In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 5 augustus 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete die aan de betrokkene was opgelegd. De betrokkene had een administratieve sanctie ontvangen voor het rijden van 29 kilometer per uur boven de toegestane snelheid binnen de bebouwde kom op de N289 Oude Rijksweg te Krabbendijke op 14 februari 2023. De betrokkene heeft beroep aangetekend tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. Tijdens de zitting op 5 augustus 2024 was de betrokkene niet aanwezig, maar werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. R. de Nekker.

De gemachtigde voerde aan dat de boete niet redelijk was gezien de omstandigheden en dat er geen H1-bord op de rijroute stond. De officier van justitie, vertegenwoordigd door mr. A. de Vreeze, verzocht het beroep ongegrond te verklaren, omdat de gemachtigde geen specifieke rijroute had aangegeven. De kantonrechter oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat de betrokkene de verkeersregels had overtreden, omdat de gemachtigde geen details over de rijroute had verstrekt. Hierdoor was er geen aanleiding voor de officier van justitie om verder onderzoek te doen naar de bebording ter plaatse.

De kantonrechter verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om proceskostenvergoeding af. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en de betrokkene werd geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits aan de vereisten werd voldaan.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team strafrecht
Zittingsplaats Middelburg
zaaknummer : 10932000 \ MB VERZ 24-100
CJIB-nummer : 0062 5422 5583 7211
uitspraakdatum : 5 augustus 2024
proces-verbaal van de zitting en uitspraak op een beroep op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv)
in de zaak van
naam :
[betrokkene]
[adres]
[woonplaats]
hierna: betrokkene
gemachtigde : mr. R. de Nekker (Zaakrecht)

Verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door gemachtigde beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 5 augustus 2024. Namens de officier van justitie is verschenen mr. A. de Vreeze (hierna: zittingsvertegenwoordiger). Betrokkene en gemachtigde zijn niet verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Standpunten

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd luidt, kort omschreven: 29 kilometer per uur harder rijden dan mag binnen de bebouwde kom op de N289 Oude Rijksweg (ter hoogte van [huisnummer] ) te Krabbendijke (gemeente Reimerswaal) op 14 februari 2023 om 09:28 uur.
Gemachtigde heeft namens betrokkene in het beroepschrift samengevat aangevoerd dat de boete niet redelijk is gelet op de omstandigheden waaronder de gedraging heeft plaatsgevonden. Gemachtigde stelt dat er op de rijroute van betrokkene geen H1 bord stond geplaatst. De verweerder heeft niet om de rijroute gevraagd, waardoor gemachtigde ervan uit gaat de dat rijroute bekend is bij verweerder of hij acht de rijroute niet nodig. Volgens gemachtigde bevat het dossier geen aanknopingspunt dat de bebording ter plaatse is gecontroleerd. Voorts verzoekt de gemachtigde om proceskostenvergoeding.
De zittingsvertegenwoordiger heeft verzocht het beroep ongegrond te verklaren. Namens betrokkene heeft de gemachtigde geen gevolgde route aangegeven, zodat de officier van justitie geen nader onderzoek behoefde te doen naar de aanwezigheid van de bebording.

Overwegingen

Gemachtigde heeft namens betrokkene geen rijroute aangegeven. Naar het oordeel van de kantonrechter blijkt hieruit onvoldoende hoe betrokkene is gereden naar het punt waar de gedraging is geconstateerd. Dit betekent dat de officier van justitie geen nader onderzoek behoefde te doen naar de aanwezigheid van de bebording. Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard. Daarom is er geen aanleiding voor het toekennen van een proceskostenvergoeding.

Beslissing

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep ongegrond;
‒ wijst het verzoek om proceskostenvergoeding af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. R.J.H. de Brouwer, kantonrechter, bijgestaan door de griffier X.L.C.M. van Sprundel, en in het openbaar uitgesproken op 5 augustus 2024.
Als u het niet eens bent met deze beslissing, dan kunt u binnen 6 weken na de hieronder vermelde datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, maar alleen als:
de boete meer dan € 110,00 bedraagt, of
uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u niet of niet op tijd zekerheid heeft gesteld.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant, Team strafrecht, Postbus 67, 4330 AB Middelburg. Het beroepschrift moet zijn ondertekend door degene die beroep heeft ingesteld of door de gemachtigde.
U dient daarbij het zaaknummer te vermelden.
De procedure bij het gerechtshof verloopt geheel schriftelijk, tenzij u in het beroepschrift uitdrukkelijk vraagt om een zitting waarop u uw standpunt mondeling wilt toelichten.
Datum verzending: