Uitspraak
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
1.De zaak in het kort
2.De procedure
3.De feiten
Het gehuurde mag uitsluitend worden gebruikt als woonruimte ten behoeve van huurder en eventuele leden van het gezin.”
4.Het geschil
5.De beoordeling
Daarbij behoeft de opmerking dat beide zoons meerdere antecedenten op grond van de Opiumwet op hun naam hebben. Er zijn reeds meerdere dwangsommen verbeurd wegens de handel in hard- en softdrugs. Er is vanuit mij gepoogd een gesprek aan te gaan met uw cliënten. Het eerste gesprek waarvoor uw cliënten zijn uitgenodigd, hebben zij zonder kennisgeving aan zich voorbij laten gaan. Uiteindelijk heeft op l6 december 2021 wel een gesprek plaatsgevonden op het gemeentehuis. Hierbij was ook een politieagent aanwezig, de heer [politieagent]. Toen ik mijn zorgen heb geuit over de criminele activiteiten van beide zoons van cliënten, werd het gesprek door uw cliënte (en haar dochter) op een onvriendelijke wijze voortgezet en is dit gesprek uiteindelijk afgekapt.”
Uit de stellingen van de burgemeester lijkt juist het tegendeel te blijken, nu hij heeft aangevoerd dat de zoon(s) van verzoekers drugs zou(den) verkopen terwijl hij/zij met scooters door de stad rijdt/rijden.” Ook overigens is niet gebleken van drugshandel in of vanuit de woning. De hoeveelheid drugs was weliswaar een handelshoeveelheid, maar niet blijkt dat in de woning iets is aangetroffen dat duidt op drugshandel, zoals een weegschaal en gripzakjes. Ook heeft Thuisvester niet gesteld dat sprake was van overlast bij de woning. Tot slot blijkt niet, zeker gezien de betwisting van [gedaagden] , dat in het gesprek op het gemeentehuis gesproken is over de drugsactiviteiten.