ECLI:NL:RBZWB:2024:7045

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
17 oktober 2024
Publicatiedatum
17 oktober 2024
Zaaknummer
11301751 VV EXPL 24-78
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • mr. Sierkstra
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in kort geding over huurachterstand en ontruiming van bedrijfsruimte

In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 17 oktober 2024 uitspraak gedaan in een kort geding tussen [eiser] B.V. en TerraMount B.V. De procedure volgde op een huurovereenkomst die op 13 oktober 2023 was gesloten voor een bedrijfsruimte, waarbij TerraMount een huurprijs van € 15.024,17 per maand verschuldigd was. TerraMount had echter een huurachterstand laten ontstaan, wat leidde tot een eerder vonnis van 3 juli 2024 waarin zij bij verstek was veroordeeld tot betaling van deze achterstand.

Tijdens de mondelinge behandeling op 8 oktober 2024 hebben partijen afspraken gemaakt over de ontruiming van het gehuurde en de betaling van de huurachterstand. De kantonrechter oordeelde dat de huurachterstand van zes maanden een ernstige tekortkoming vormde, waardoor ontruiming gerechtvaardigd was. Echter, partijen kwamen overeen dat TerraMount de huurachterstand van € 110.000,00 in twee termijnen zou betalen, met specifieke data voor de betalingen. Indien TerraMount deze afspraken niet nakomt, kan [eiser] direct overgaan tot ontruiming.

De kantonrechter heeft in zijn vonnis TerraMount veroordeeld tot betaling van het totaalbedrag van € 110.000,00 en de ontruiming van het gehuurde, onder voorwaarden. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat [eiser] direct kan overgaan tot uitvoering van de ontruiming indien TerraMount niet aan de betalingsverplichtingen voldoet.

Uitspraak

RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Tilburg
Zaaknummer: 11301751 \ VV EXPL 24-78
Vonnis in kort geding van 17 oktober 2024
in de zaak van
[eiser] B.V.,
gevestigd in Berkel-Enschot,
eisende partij,
hierna te noemen: [eiser],
gemachtigde: mr. J.J.L. van Beijsterveldt, advocaat in ’s-Hertogenbosch,
tegen
TerraMount B.V.,
gevestigd in Tilburg,
gedaagde partij,
hierna te noemen: TerraMount,
procederend in de persoon van haar directeur de heer [naam] .

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding in kort geding van 30 september 2024 met producties;
  • de mondelinge behandeling op 8 oktober 2024, waarvan de griffier aantekeningen heeft gemaakt.

2.De feiten

2.1.
Op 13 oktober 2023 hebben partijen met ingang van 1 november 2023 een huurovereenkomst gesloten voor de bedrijfsruimte aan [adres] (hierna: het gehuurde) voor de duur van 5 jaar. TerraMount is hierbij maandelijks bij vooruitbetaling een huurprijs van € 15.024,17 verschuldigd.
2.2.
TerraMount heeft een huurachterstand laten ontstaan.
2.3.
Bij vonnis van 3 juli 2024 (zaaknummer 11162354 CV EXPL 24-3108) is TerraMount bij verstek veroordeeld tot betaling van de huurachterstand over de maanden mei en juni 2024, vermeerderd met rente en kosten.

3.De vordering en het verweer

3.1.
[eiser] vordert samengevat - ontruiming van het gehuurde en betaling van een bedrag aan huurachterstand en nevenvorderingen. [eiser] legt aan haar vordering ten grondslag dat TerraMount tekortgeschoten is in de nakoming van haar betalingsverplichting uit de huurovereenkomst. Gelet op de hoogte van de huurachterstand kan van haar niet worden gevraagd om de huurovereenkomst nog langer voort te zetten.
3.2.
TerraMount erkent de huurachterstand, maar voert verweer tegen de gevorderde ontruiming. De huurachterstand is onder andere ontstaan doordat de privémarkt voor zonnepanelen is ingestort, maar TerraMount gaat zich nu meer richten op groothandel en grote projecten en ziet de toekomst daarvan rooskleurig in. Daarnaast voert TerraMount aan dat zij lange tijd in afwachting was van gelden van een grote Chinese investeerder. Inmiddels heeft TerraMount een Amerikaanse investeerder gevonden die haar gaat voorzien van gelden. Zij wil graag in het pand blijven.

4.De beoordeling

4.1.
Tussen partijen staat vast dat TerraMount een huurachterstand heeft laten ontstaan.
De huurachterstand van TerraMount bedroeg ten tijde van de dagvaarding zes maanden.
Dit levert een ernstige tekortkoming op in de nakoming van de verplichtingen die TerraMount tegenover [eiser] heeft. De kantonrechter is van oordeel dat deze tekortkoming de gevorderde ontruiming van het gehuurde rechtvaardigt. Van [eiser] kan in beginsel niet verlangd worden dat zij TerraMount onder deze omstandigheden nog langer in het gehuurde laat blijven.
4.2.
Tijdens de mondelinge behandeling hebben partijen over de ontruiming en de huurachterstand met nevenvorderingen echter de volgende afspraken gemaakt. [eiser] is bereid om met TerraMount een regeling te treffen die TerraMount strikt zal moeten nakomen. Deze regeling houdt het volgende in:
a. Partijen hebben het totaalbedrag aan huurachterstand, rente, boetes, facturen, incasso- en proceskosten tot en met oktober 2024 vastgesteld op een bedrag van € 110.000,00. TerraMount krijgt de gelegenheid om dit bedrag van € 110.000,00 in twee gedeeltes te betalen. Daarbij hebben partijen het verstekvonnis van 3 juli 2024 buiten werking gesteld.
b. TerraMount betaalt uiterlijk 11 oktober 2024 een bedrag van € 55.000,00 aan [eiser].
Dit betekent dat het bedrag uiterlijk op die datum moet zijn bijgeschreven op de bank-rekening van [eiser].
c. TerraMount betaalt uiterlijk 31 december 2024 een bedrag van € 55.000,00 aan [eiser].
Dit betekent dat het bedrag uiterlijk op die datum moet zijn bijgeschreven op de bank-rekening van [eiser].
d. TerraMount betaalt met ingang van 1 november 2024 de lopende huur stipt op uiterlijk de eerste kalenderdag van iedere huurmaand.
4.3.
Komt TerraMount één of meer van de bovenstaande onderdelen onder b., c. of d. niet strikt na, dan kan [eiser] direct tot ontruiming van het gehuurde overgaan, waarbij de kantonrechter een ontruimingstermijn van twee weken een redelijke termijn acht.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
veroordeelt TerraMount om aan [eiser] een totaalbedrag van € 110.000,00 te betalen;
5.2.
veroordeelt Terramount om binnen twee weken na betekening van dit vonnis het gehuurde aan [adres] te ontruimen met alle daarin aanwezige personen en zaken, tenzij deze zaken van [eiser] zijn, en de sleutels af te geven aan [eiser],
indien en zodra aan één of meer van de volgende voorwaarden wordt voldaan:
a. TerraMount betaalt niet uiterlijk 11 oktober 2024 een bedrag van € 55.000,00 aan [eiser].
Dit betekent dat het bedrag uiterlijk op die datum moet zijn bijgeschreven op de bank-rekening van [eiser];
b. TerraMount betaalt niet uiterlijk 31 december 2024 een bedrag van € 55.000,00 aan [eiser]. Dit betekent dat het bedrag uiterlijk op die datum moet zijn bijgeschreven op de bank-rekening van [eiser];
c. TerraMount komt met ingang van 1 november 2024 haar betalingsverplichting met betrekking tot de maandhuur niet stipt na, dat wil zeggen dat huurbetalingen uiterlijk de eerste kalenderdag van de betreffende maand moeten zijn betaald (de huur voor de maand november 2024 moet dus uiterlijk op 1 november 2024 op de bankrekening van [eiser] zijn bijgeschreven, de huur voor de maand december 2024 uiterlijk op 1 december 2024, de huur voor de maand januari 2025 uiterlijk op1 januari 2025 etc. etc.);
5.3.
verklaart deze veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. Sierkstra en is in het openbaar uitgesproken op
17 oktober 2024.