Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
2.Verzoek
3.Standpunten
4.Beoordeling
5.Beslissing
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1997 te [geboorteplaats] , [land] ;
7 oktober 2024;
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 16 september 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de voortzetting van een crisismaatregel voor een betrokkene, geboren in 1997. De officier van justitie had op 13 september 2024 verzocht om verlenging van de crisismaatregel die op 12 september 2024 was opgelegd. Tijdens de mondelinge behandeling was de betrokkene aanwezig, bijgestaan door zijn advocaat, en werd er ook een tolk Roemeens ingeschakeld. De behandelaar en de moeder van de betrokkene waren eveneens aanwezig.
De betrokkene gaf aan dat het beter met hem ging en dat hij naar huis wilde, maar de behandelaar stelde dat er sprake was van een paranoïde psychotisch toestandsbeeld en dat de crisismaatregel moest worden voortgezet. De rechtbank oordeelde dat er onmiddellijk dreigend ernstig nadeel bestond, onder andere door de psychische stoornis van de betrokkene, en dat de voorgestelde verplichte zorg noodzakelijk was om dit nadeel af te wenden. De rechtbank verleende een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel en bepaalde dat de betrokkene onderworpen kon worden aan verschillende vormen van verplichte zorg, waaronder het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid.
De beschikking werd mondeling gegeven door rechter J. Bethlehem en in het openbaar uitgesproken op 16 september 2024, met een schriftelijke uitwerking op 30 september 2024. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.