Uitspraak
[gedaagde 1] B.V., IN HAAR HOEDANIGHEID VAN BEWINDVOERDER VAN ONDER BEWINDGESTELDE [rechthebbende],
2.
[gedaagde 2] B.V. PRO SE,
1.De zaak in het kort
2.De procedure
De openstaande facturen van oktober 2022 en december 2022 blijven op het PGB portaal staan. Desbetreffende openstaande facturen worden voor 31 januari 2023 voldaan door [gedaagde 2] . Hierna zal samen worden gekeken hoe het PGB budget van 2023 zal worden ingezet, om herhaling van deze gebeurtenis (onvoldoende saldo bij client om afgesproken zorg te kunnen betalen) te voorkomen.”.
Ik kan de facturen niet laten uitbetalen op deze manier. Het systeem plaatst ze toch in 2022 en dan krijg ik gelijk de melding dat er geen budget is.”. In een mail van 25 januari 2023 en in een telefonisch onderhoud heeft [gedaagde 2] een betalingsvoorstel gedaan van respectievelijk € 100,00 en € 150,00 per maand. [eiser] is daar niet mee akkoord gegaan.
4.Het geschil
5.De beoordeling
- dagvaarding € 111,23
- griffierecht € 693,00
- salaris gemachtigde € 812,00 ( 2 punten x tarief € 406,00)
- nakosten € 135,00 (plus de verhoging zoals vermeld in de