ECLI:NL:RBZWB:2024:744
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Rekestprocedure
- M. Dijkman
- Rechtspraak.nl
Verlenging ondertoezichtstelling van een minderjarige in het kader van jeugdbescherming
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 17 januari 2024 uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2008. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling verlengd voor de duur van drie maanden, tot 24 april 2024, en deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De zaak betreft de Stichting Leger des Heils Jeugdbescherming & Reclassering als gecertificeerde instelling, die het verzoek tot verlenging indiende. De moeder van de minderjarige, die belast is met het ouderlijk gezag, is niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling, ondanks dat zij correct is opgeroepen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er geen zicht is op de thuissituatie van de minderjarige, omdat de moeder geen contact heeft willen opnemen met de GI. De kinderrechter heeft de positieve signalen vanuit de school van de minderjarige meegewogen, maar concludeert dat de zorgen over de ontwikkeling van de minderjarige nog steeds aanwezig zijn. De kinderrechter heeft benadrukt dat het noodzakelijk is dat de moeder in gesprek gaat met de GI om de situatie te kunnen evalueren en om een borgingsplan op te stellen. De kinderrechter heeft de GI verzocht om alle mogelijkheden te benutten om contact met de moeder te leggen, en heeft de beslissing om de ondertoezichtstelling te verlengen genomen om de ontwikkeling van de minderjarige te waarborgen.