4.26.Volgens de opgave van partijen in de stukken en na bespreking tijdens de mondelinge behandeling is de rechtbank gebleken dat op de peildatum de volgende bestanddelen tot de tussen hen bestaande gemeenschap van goederen behoorden:
de woning gelegen aan [adres 1] [woonplaats] ;
de inboedel;
een personenauto van het merk Opel, type Zafira, met [kenteken 1] ;
een personenauto van het merk Fiat, type 500, met het [kenteken 2] ;
en motor van het merk Piaggio, met het [kenteken 3] ;
het saldo op de bankrekening bij de ING-bank met [rekeningnummer 1] ten name van de vrouw;
het saldo op de bankrekening bij de ING-bank met [rekeningnummer 2] ten name van de vrouw;
et saldo op de bankrekening bij de ABN-AMRO bank met [rekeningnummer 3] ten name van de man;
het saldo op de bankrekening bij de ABN-AMRO bank met [rekeningnummer 4] ten name van partijen gezamenlijk;
het saldo op de bankrekening bij de ABN-AMRO bank met [rekeningnummer 5] ten name van partijen gezamenlijk;
het saldo op de bankrekening bij de ING-bank met [rekeningnummer 6] (kinderrekening);
het saldo op de bankrekening bij de ING-bank met [rekeningnummer 7] (kinderrekening);
de tot de eenmanszaak van de man behorende activa;
de hypothecaire geldleningen verbonden aan de woning bij de ING-bank met [rekeningnummer 8] en [rekeningnummer 9] ;
de geldlening bij de heer [naam 1] ;
de geldlening bij de ouders van de man;
de tot de eenmanszaak van de man behorende passiva.